Parallel Verses

Dutch Staten Vertaling

En zij zeiden: Kom aan, laat ons voor ons een stad bouwen, en een toren, welks opperste in den hemel zij, en laat ons een naam voor ons maken, opdat wij niet misschien over de ganse aarde verstrooid worden!

New American Standard Bible

They said, "Come, let us build for ourselves a city, and a tower whose top will reach into heaven, and let us make for ourselves a name, otherwise we will be scattered abroad over the face of the whole earth."

Kruisreferenties

Deuteronomium 1:28

Waarheen zouden wij optrekken? Onze broeders hebben ons hart doen smelten, zeggende: Het is een volk, groter en langer dan wij; de steden zijn groot, en gesterkt tot in de hemel toe; ook hebben wij daar kinderen der Enakieten gezien.

Deuteronomium 9:1

Hoor, Israel! gij zult heden over de Jordaan gaan, dat gij inkomt, om volken te erven, die groter en sterker zijn dan gij; steden, die groot en tot in den hemel gesterkt zijn;

2 Samuël 8:13

Ook maakte zich David een naam, als hij wederkwam, nadat hij de Syriers geslagen had, in het Zoutdal, achttien duizend.

Genesis 6:4

In die dagen waren er reuzen op de aarde, en ook daarna, als Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name.

Genesis 11:8-9

Alzo verstrooide hen de HEERE van daar over de ganse aarde; en zij hielden op de stad te bouwen.

Deuteronomium 4:27

En de HEERE zal u verstrooien onder de volken; en gij zult een klein volksken in getal overblijven onder de heidenen, waar de HEERE u henen leiden zal.

Psalmen 49:11-13

Hun binnenste gedachte is, dat hun huizen zullen zijn in eeuwigheid, hun woningen van geslacht tot geslacht; zij noemen de landen naar hun namen.

Psalmen 92:9

Want zie, Uw vijanden, o HEERE! want zie, Uw vijanden zullen vergaan; al de werkers der ongerechtigheid zullen verstrooid worden.

Spreuken 10:7

De gedachtenis des rechtvaardigen zal tot zegening zijn; maar de naam der goddelozen zal verrotten.

Daniël 4:11

De boom werd groot en sterk; en zijn hoogte reikte aan den hemel, en hij werd gezien tot aan het einde der ganse aarde;

Daniël 4:22

Dat zijt gij, o koning! die groot en sterk zijt geworden; want uw grootheid is zo gewassen, dat zij reikt aan den hemel, en uw heerschappij aan het einde des aardrijks.

Daniël 4:30

Sprak de koning, en zeide: Is dit niet het grote Babel, dat ik gebouwd heb tot een huis des koninkrijks, door de sterkte mijner macht, en ter ere mijner heerlijkheid!

Lukas 1:51

Hij heeft een krachtig werk gedaan door Zijn arm; Hij heeft verstrooid de hoogmoedigen in de gedachten hunner harten.

Johannes 5:44

Hoe kunt gij geloven, gij, die eer van elkander neemt, en de eer, die van God alleen is, niet zoekt?

Vers Info

Context Lezingen

3 En zij zeiden een ieder tot zijn naaste: Kom aan, laat ons tichelen strijken, en wel doorbranden! En de tichel was hun voor steen, en het lijm was hun voor leem. 4 En zij zeiden: Kom aan, laat ons voor ons een stad bouwen, en een toren, welks opperste in den hemel zij, en laat ons een naam voor ons maken, opdat wij niet misschien over de ganse aarde verstrooid worden! 5 Toen kwam de HEERE neder, om te bezien de stad en den toren, die de kinderen der mensen bouwden.


Public domain

New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org