12 Doch Petrus opstaande, liep tot het graf, en nederbukkende, zag hij de linnen doeken, liggende alleen, en ging weg, zich verwonderende bij zichzelven van hetgeen geschied was.
12 But Peter got up and ran to the tomb; stooping and looking in, he *saw the linen wrappings only; and he went away to his home, marveling at what had happened.
18 En de een, wiens naam was Kleopas, antwoordende, zeide tot Hem: Zijt Gij alleen een vreemdeling te Jeruzalem, en weet niet de dingen, die dezer dagen daarin geschied zijn?
18 One of them, named Cleopas, answered and said to Him, “Are You the only one visiting Jerusalem and unaware of the things which have happened here in these days?”
19 En Hij zeide tot hen: Welke? En zij zeiden tot Hem: De dingen aangaande Jezus den Nazarener, Welke een Profeet was, krachtig in werken en woorden, voor God en al het volk.
19 And He said to them, “What things?” And they said to Him, “The things about Jesus the Nazarene, who was a prophet mighty in deed and word in the sight of God and all the people,
21 En wij hoopten, dat Hij was Degene, Die Israel verlossen zou. Doch ook, benevens dit alles, is het heden de derde dag, van dat deze dingen geschied zijn.
21 But we were hoping that it was He who was going to redeem Israel. Indeed, besides all this, it is the third day since these things happened.
44 En Hij zeide tot hen: Dit zijn de woorden, die Ik tot u sprak, als Ik nog met u was, namelijk dat het alles moest vervuld worden, wat van Mij geschreven is in de Wet van Mozes, en de Profeten, en Psalmen.
44 Now He said to them, “These are My words which I spoke to you while I was still with you, that all things which are written about Me in the Law of Moses and the Prophets and the Psalms must be fulfilled.”
Public domain
New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org