Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
Maar die met een vrouw overspel doet, is verstandeloos; hij verderft zijn ziel, die dat doet;
New American Standard Bible
The one who commits adultery with a woman is lacking sense; He who would destroy himself does it.
Onderwerpen
Kruisreferenties
Spreuken 7:7
En ik zag onder de slechten; ik merkte onder de jonge gezellen een verstandelozen jongeling;
Spreuken 7:22-23
Hij ging haar straks achterna, gelijk een os ter slachting gaat, en gelijk een dwaas tot de tuchtiging der boeien.
Hebreeën 13:4
Het huwelijk is eerlijk onder allen, en het bed onbevlekt; maar hoereerders en overspelers zal God oordelen.
Genesis 39:9-10
Niemand is groter in dit huis dan ik, en hij heeft voor mij niets onthouden, dan u, daarin dat gij zijn huisvrouw zijt; hoe zoude ik dan dit een zo groot kwaad doen, en zondigen tegen God!
Genesis 41:39
Daarna zeide Farao tot Jozef: Naardien dat God u dit alles heeft verkondigd, zo is er niemand zo verstandig en wijs, als gij.
Exodus 20:14
Gij zult niet echtbreken.
Spreuken 2:18-19
Want haar huis helt naar den dood, en haar paden naar de overledenen.
Spreuken 5:22-23
Den goddeloze zullen zijn ongerechtigheden vangen, en met de banden zijner zonden zal hij vastgehouden worden.
Spreuken 8:36
Maar die tegen Mij zondigt, doet zijn ziel geweld aan; allen, die Mij haten, hebben den dood lief.
Spreuken 9:4
Wie is slecht? Hij kere zich herwaarts! Tot de verstandeloze zegt Zij:
Spreuken 9:16-18
Wie is slecht? Hij kere zich herwaarts; en tot den verstandeloze zegt zij:
Prediker 7:25-26
Ik keerde mij om, en mijn hart, om te weten, en om na te sporen, en te zoeken wijsheid en een sluitrede; en om te weten de goddeloosheid der zotheid, en de dwaasheid der onzinnigheden.
Jeremia 5:8
Als welgevoederde hengsten zijn zij vroeg op; zij hunkeren een iegelijk naar zijns naasten huisvrouw.
Jeremia 5:21
Hoort nu dit, gij dwaas en harteloos volk! die ogen hebben, maar zien niet, die oren hebben, maar horen niet.
Ezechiël 18:31
Werpt van u weg al uw overtredingen, waardoor gij overtreden hebt, en maakt u een nieuw hart en een nieuwen geest; want waarom zoudt gij sterven, o huis Israels?
Hosea 4:11-12
Hoererij, en wijn, en most neemt het hart weg.
Hosea 13:9
Het heeft u bedorven, o Israel! want in Mij is uw hulp.
Romeinen 1:22-24
Zich uitgevende voor wijzen, zijn zij dwaas geworden;