5 Bijbelverzen over Handoplegging Voor Het Kwaad
Meest relevante verzen
Leviticus 24:14
Breng den vloeker uit tot buiten het leger, en allen, die het gehoord hebben, zullen hun handen op zijn hoofd leggen; daarna zal hem de gehele vergadering stenigen.
Lukas 22:53
Als Ik dagelijks met u was in den tempel, zo hebt gij de handen tegen Mij niet uitgestoken; maar dit is uw ure, en de macht der duisternis.
Johannes 7:30
Zij zochten Hem dan te grijpen; maar niemand sloeg de hand aan Hem; want Zijn ure was nog niet gekomen.
Johannes 7:44
En sommigen van hen wilden Hem grijpen; maar niemand sloeg de handen aan Hem.
Handelingen 12:1
En omtrent denzelfden tijd sloeg de koning Herodes de handen aan sommigen van de Gemeente, om die kwalijk te handelen.