Parallel Verses

Dutch Staten Vertaling

En Ahitub gewon Zadok, en Zadok gewon Ahimaaz;

New American Standard Bible

and Ahitub became the father of Zadok, and Zadok became the father of Ahimaaz,

Kruisreferenties

2 Samuël 8:17

En Zadok, zoon van Ahitub, en Achimelech, zoon van Abjathar, waren priesters; en Seraja was schrijver.

2 Samuël 15:27

Voorts zeide de koning tot den priester Zadok: Zijt gij niet een ziener? Keer weder in de stad met vrede; ook ulieder beide zonen, Ahimaaz, uw zoon, en Jonathan, Abjathars zoon, met u.

2 Samuël 15:35-36

En zijn niet Zadok en Abjathar, de priesters, aldaar met u? Zo zal het geschieden, dat gij alle ding, dat gij uit des konings huis zult horen, den priesteren, Zadok en Abjathar, zult te kennen geven.

2 Samuël 17:15

En Husai zeide tot Zadok en tot Abjathar, de priesters: Alzo en alzo heeft Achitofel Absalom en den oudsten van Israel geraden, maar alzo en alzo heb ik geraden.

2 Samuël 17:17

Jonathan nu en Ahimaaz stonden bij de fontein Rogel; en een dienstmaagd ging henen en zeide het hun aan; en zij gingen henen en zeiden het den koning David aan; want zij mochten zich niet zien laten, dat zij in de stad kwamen.

2 Samuël 17:20

Toen nu Absaloms knechten tot de vrouw in het huis kwamen, zeiden zij: Waar zijn Ahimaaz en Jonathan? En de vrouw zeide tot hen: Zij zijn over dat waterriviertje gegaan. En toen zij hen gezocht en niet gevonden hadden, keerden zij weder naar Jeruzalem.

2 Samuël 18:19

Toen zeide Ahimaaz, Zadoks zoon: Laat mij toch heenlopen, en den koning boodschappen, dat de HEERE hem recht gedaan heeft van de hand zijner vijanden.

2 Samuël 18:22

Doch Ahimaaz, Zadoks zoon, voer nog voort en zeide tot Joab: Wat het ook zij, laat mij toch ook Cuschi achterna lopen. En Joab zeide: Waarom zoudt gij nu heenlopen, mijn zoon! Zo gij toch geen bekwame boodschap hebt?

2 Samuël 18:27-29

Voorts zeide de wachter: Ik zie den loop des eersten aan, als den loop van Ahimaaz, Zadoks zoon. Toen zeide de koning: Dat is een goed man, en hij zal met een goede boodschap komen.

2 Samuël 20:25

En Seja was schrijver; en Zadok en Abjathar waren priesters.

1 Koningen 1:8

Maar Zadok, de priester, en Benaja, de zoon van Jojada, en Nathan, de profeet, en Simei, en Rei, en de helden, die David had, waren met Adonia niet.

1 Koningen 1:34

En dat Zadok, de priester, met Nathan, den profeet, hem aldaar tot koning over Israel zalven. Daarna zult gij met de bazuin blazen, en zeggen: De koning Salomo leve!

1 Koningen 1:44

En de koning heeft met hem gezonden Zadok, den priester, en Nathan, den profeet, en Benaja, den zoon van Jojada, en de Krethi en de Plethi; en zij hebben hem doen rijden op de muilezelin des konings.

1 Koningen 2:35

En de koning zette Benaja, den zoon van Jojada, in zijn plaats over het heir; en Zadok, den priester, zette de koning in de plaats van Abjathar.

Vers Info

Jump To Previous

Jump To Next

Word Concordance

Word Count of 0 Translations in 1 Kronieken 6:8

Public domain

New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org