Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
En alle oudsten derzelver stad, die naast aan den verslagene zijn, zullen hun handen wassen over deze jonge koe, die in dat dal de nek doorgehouwen is;
New American Standard Bible
"All the elders of that city which is nearest to the slain man shall wash their hands over the heifer whose neck was broken in the valley;
Onderwerpen
Kruisreferenties
Psalmen 26:6
Ik was mijn handen in onschuld, en ik ga rondom uw altaar, o HEERE!
Psalmen 73:13
Immers heb ik tevergeefs mijn hart gezuiverd, en mijn handen in onschuld gewassen.
Job 9:30
Indien ik mij wasse met sneeuwwater, en mijn handen zuivere met zeep;
Psalmen 19:12
Wie zou de afdwalingen verstaan? Reinig mij van de verborgene afdwalingen.
Psalmen 51:2
Was mij wel van mijn ongerechtigheid, en reinig mij van mijn zonde.
Psalmen 51:7
Ontzondig mij met hysop, en ik zal rein zijn; was mij, en ik zal witter zijn dan sneeuw.
Psalmen 51:14
Verlos mij van bloedschulden, o God, Gij, God mijns heils! zo zal mijn tong Uw gerechtigheid vrolijk roemen.
Jeremia 2:22
Want, al wiest gij u met salpeter, en naamt u veel zeep, zo is toch uw ongerechtigheid voor Mijn aangezicht getekend, spreekt de Heere HEERE.
Mattheüs 27:24-25
Als nu Pilatus zag, dat hij niet vorderde, maar veel meer dat er oproer werd, nam hij water en wies de handen voor de schare, zeggende: Ik ben onschuldig aan het bloed dezes Rechtvaardigen; gijlieden moogt toezien.
Hebreeën 9:10
Bestaande alleen in spijzen, en dranken, en verscheidene wassingen en rechtvaardigmakingen des vleses, tot op den tijd der verbetering opgelegd.
Vers Info
Context Lezingen
5 Dan zullen de priesters, de kinderen van Levi, toetreden; want de HEERE, uw God, heeft hen verkoren, om Hem te dienen, en om in des HEEREN Naam te zegenen, en naar hun mond zal alle twist en alle plaag afgedaan worden. 6 En alle oudsten derzelver stad, die naast aan den verslagene zijn, zullen hun handen wassen over deze jonge koe, die in dat dal de nek doorgehouwen is; 7 En zij zullen betuigen en zeggen: Onze handen hebben dit bloed niet vergoten, en onze ogen hebben het niet gezien;