15
En Mahalal-el leefde vijf en zestig jaren, en hij gewon Jered.
16 En Mahalal-el leefde, nadat hij Jered gewonnen had, achthonderd en dertig jaren; en hij gewon zonen en dochteren.
17
Zo waren al de dagen van Mahalal-el achthonderd vijf en negentig jaren; en hij stierf.