Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
En Noach begon een akkerman te zijn, en hij plantte een wijngaard.
New American Standard Bible
Then Noah began farming and planted a vineyard.
Onderwerpen
Kruisreferenties
Genesis 3:18-19
Ook zal het u doornen en distelen voortbrengen, en gij zult het kruid des velds eten.
Genesis 3:23
Zo verzond hem de HEERE God uit den hof van Eden, om den aardbodem te bouwen, waaruit hij genomen was.
Genesis 4:2
En zij voer voort te baren zijn broeder Habel; en Habel werd een schaapherder, en Kain werd een landbouwer.
Genesis 5:29
En hij noemde zijn naam Noach, zeggende: Deze zal ons troosten over ons werk, en over de smart onzer handen, vanwege het aardrijk, dat de HEERE vervloekt heeft!
Deuteronomium 20:6
En wie is de man, die een wijngaard geplant heeft, en deszelfs vrucht niet heeft genoten? Die ga henen en kere weder naar zijn huis, opdat hij niet misschien in den strijd sterve en iemand anders die geniete.
Deuteronomium 28:30
Gij zult een vrouw ondertrouwen, maar een ander zal haar beslapen; een huis zult gij bouwen, maar daarin niet wonen; een wijngaard zult gij planten, maar dien niet gemeen maken.
Spreuken 10:11
De mond des rechtvaardigen is een springader des levens; maar het geweld bedekt den mond der goddelozen.
Spreuken 12:11
Die zijn land bouwt, zal van brood verzadigd worden; maar die ijdele mensen volgt, is verstandeloos.
Spreuken 24:30
Ik ging voorbij den akker eens luiaards, en voorbij den wijngaard van een verstandeloos mens;
Prediker 5:9
Die het geld liefheeft, wordt van het geld niet zat; en wie den overvloed liefheeft, wordt van het inkomen niet zat. Dit is ook ijdelheid.
Hooglied 1:6
Ziet mij niet aan, dat ik zwartachtig ben, omdat mij de zon heeft beschenen; de kinderen mijner moeder waren tegen mij ontstoken, zij hebben mij gezet tot een hoederin der wijngaarden. Mijn wijngaard, dien ik heb, heb ik niet gehoed.
Jesaja 28:24-26
Ploegt de ploeger den gehelen dag om te zaaien? Opent en egt hij zijn land den gehelen dag?
1 Corinthiërs 9:7
Wie dient ooit in den krijg op eigen bezoldiging? Wie plant een wijngaard, en eet niet van zijn vrucht? Of wie weidt een kudde, en eet niet van de melk der kudde?