Parallel Verses

Dutch Staten Vertaling

Maar wee u, gij rijken, want gij hebt uw troost weg.

New American Standard Bible

"But woe to you who are rich, for you are receiving your comfort in full.

Kruisreferenties

Mattheüs 6:2

Wanneer gij dan aalmoes doet, zo laat voor u niet trompetten, gelijk de geveinsden in de synagogen en op de straten doen, opdat zij van de mensen geeerd mogen worden. Voorwaar zeg Ik u: Zij hebben hun loon weg.

Job 21:7-15

Waarom leven de goddelozen, worden oud, ja, worden geweldig in vermogen?

Psalmen 49:6-7

Aangaande degenen, die op hun goed vertrouwen; en op de veelheid huns rijkdoms roemen;

Psalmen 49:16-19

Vrees niet, wanneer een man rijk wordt, wanneer de eer van zijn huis groot wordt;

Psalmen 73:3-12

Want ik was nijdig op de dwazen, ziende der goddelozen vrede.

Spreuken 1:32

Want de afkering der slechten zal hen doden, en de voorspoed der zotten zal hen verderven.

Jeremia 5:4-6

Doch ik zeide: Zekerlijk, deze zijn arm; zij handelen zottelijk, omdat zij den weg des HEEREN, het recht hun Gods niet weten.

Amos 4:1-3

Hoort dit woord, gij koeien van Basan! gij, die op den berg van Samaria zijt, die de armen verdrukt, die de nooddruftigen verplettert; gij, die tot hunlieder heren zegt: Brengt aan, opdat wij drinken.

Amos 6:1-6

Wee den gerusten te Sion, en den zekeren op den berg van Samaria! die de voornaamste zijn van de eerstelingen der volken, en tot dewelke die van het huis Israels komen.

Haggaï 2:9

Dit is die stad, die opspringt van vreugde, die zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben het, en buiten mij is geen meer; hoe is zij geworden tot woestheid, een rustplaats van het gedierte! Een ieder, die daardoor trekt, zal ze aanfluiten, hij zal zijn hand bewegen.

Mattheüs 6:5

En wanneer gij bidt, zo zult gij niet zijn gelijk de geveinsden; want die plegen gaarne, in de synagogen en op de hoeken der straten staande, te bidden, opdat zij van de mensen mogen gezien worden. Voorwaar, Ik zeg u, dat zij hun loon weg hebben.

Mattheüs 6:16

En wanneer gij vast, toont geen droevig gezicht, gelijk de geveinsden; want zij mismaken hun aangezichten, opdat zij van de mensen mogen gezien worden, als zij vasten. Voorwaar, Ik zeg u, dat zij hun loon weg hebben.

Lukas 12:15-21

En Hij zeide tot hen: Ziet toe en wacht u van de gierigheid; want het is niet in den overvloed gelegen, dat iemand leeft uit zijn goederen.

Lukas 16:19-25

En er was een zeker rijk mens, en was gekleed met purper en zeer fijn lijnwaad, levende allen dag vrolijk en prachtig.

Lukas 18:23-25

Maar als hij dit hoorde, werd hij geheel droevig; want hij was zeer rijk.

1 Timotheüs 6:17

Beveel den rijken in deze tegenwoordige wereld, dat zij niet hoogmoedig zijn, noch hun hoop stellen op de ongestadigheid des rijkdoms, maar op den levenden God, Die ons alle dingen rijkelijk verleent, om te genieten;

Jakobus 2:6

Maar gij hebt den armen oneer aangedaan. Overweldigen u niet de rijken, en trekken zij u niet tot de rechterstoelen?

Jakobus 5:1-6

Welaan nu, gij rijken, weent en huilt over uw ellendigheden, die over u komen.

Openbaring 18:6-8

Vergeldt haar, gelijk als zij ulieden vergolden heeft, en verdubbelt haar dubbel, naar haar werken; in den drinkbeker, waarin zij geschonken heeft, schenkt haar dubbel.

Vers Info

Context Lezingen

23 Verblijdt u in dien dag, en zijt vrolijk; want, ziet, uw loon is groot in den hemel; want hun vaders deden desgelijks den profeten. 24 Maar wee u, gij rijken, want gij hebt uw troost weg. 25 Wee u, die verzadigd zijt, want gij zult hongeren. Wee u, die nu lacht, want gij zult treuren en wenen.

Spring naar Vorige

Spring naar Volgende

Woordconcordantie

Public domain

New American Standard Bible Copyright ©1960, 1962, 1963, 1968, 1971, 1972, 1973, 1975, 1977, 1995 by The Lockman Foundation, La Habra, Calif. All rights reserved. For Permission to Quote Information visit http://www.lockman.org