Mattheüs 27:57
En als het avond geworden was, kwam een rijk man van Arimathea, met name Jozef, die ook zelf een discipel van Jezus was.
Johannes 19:38-42
En daarna Jozef van Arimathea (die een discipel van Jezus was, maar bedekt om de vreze der Joden), bad Pilatus, dat hij mocht het lichaam van Jezus wegnemen; en Pilatus liet het toe. Hij dan ging en nam het lichaam van Jezus weg.
1 Samuël 1:1
Daar was een man van Ramathaim-Zofim, van het gebergte van Efraim, wiens naam was Elkana, een zoon van Jerocham, den zoon van Elihu, den zoon van Tochu, den zoon van Zuf, een Efrathiet.
1 Samuël 7:17
Doch hij keerde weder naar Rama; want daar was zijn huis, en daar richtte hij Israel; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar.
Markus 15:42-47
En als het nu avond was geworden, dewijl het de voorbereiding was, welke is de voorsabbat;
Lukas 23:50-56
En zie, een man, met name Jozef, zijnde een raadsheer, een goed en rechtvaardig man,
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd