Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
Van de zonen van Simeon, hun geboorten, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, zijn getelden, in het getal der namen, hoofd voor hoofd, al wat mannelijk was, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire uittrokken;
New American Standard Bible
Of the sons of Simeon, their genealogical registration by their families, by their fathers' households, their numbered men, according to the number of names, head by head, every male from twenty years old and upward, whoever was able to go out to war,
Kruisreferenties
Numberi 26:12-14
De zonen van Simeon, naar hun geslachten: van Nemuel, het geslacht der Nemuelieten; van Jamin het geslacht der Jaminieten; van Jachin het geslacht der Jachinieten;
Genesis 29:33
En zij werd wederom bevrucht, en baarde een zoon, en zeide: Dewijl de HEERE gehoord heeft, dat ik gehaat was, zo heeft Hij mij ook dezen gegeven; en zij noemde zijn naam Simeon.
Genesis 34:25-30
En het geschiedde ten derden dage, toen zij in de smart waren, zo namen de twee zonen van Jakob, Simeon en Levi, broeders van Dina, een iegelijk zijn zwaard, en kwamen stoutelijk in de stad, en doodden al wat mannelijk was.
Genesis 42:24
Toen wendde hij zich om, van hen af, en weende; daarna keerde hij weder tot hen, en sprak tot hen, en nam Simeon van hen, en bond hem voor hun ogen.
Genesis 46:10
En de zonen van Simeon: Jemuel, en Jamin, en Ohad, en Jachin, en Zoar, en Saul, de zoon ener Kanaanietische vrouw.
Genesis 49:5-6
Simeon en Levi zijn gebroeders! hun handelingen zijn werktuigen van geweld!
Numberi 2:12-13
En nevens hem zal zich legeren de stam van Simeon; en Selumiel, de zoon van Zurisaddai, zal de overste der zonen van Simeon zijn.
Vers Info
Context Lezingen
21 Hun getelden van den stam van Ruben waren zes en veertig duizend en vijfhonderd. 22 Van de zonen van Simeon, hun geboorten, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, zijn getelden, in het getal der namen, hoofd voor hoofd, al wat mannelijk was, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire uittrokken; 23 Hun getelden van den stam van Simeon waren negen en vijftig duizend en driehonderd.