'Koning van Israël' in de Bijbel
Mesa nu, de koning der Moabieten, was een veehandelaar, en bracht op aan den koning van Israel honderd duizend lammeren, en honderd duizend rammen met de wol.
Maar het geschiedde, als Achab gestorven was, dat de koning der Moabieten van den koning van Israel afviel.
Alzo toog de koning van Israel heen, en de koning van Juda, en de koning van Edom; en als zij zeven dagreizen omgetogen waren, zo had het leger en het vee, dat hen navolgde, geen water.
Toen zeide de koning van Israel: Ach, dat de HEERE deze drie koningen geroepen heeft, om die in der Moabieten hand te geven!
En Josafat zeide: Des HEEREN woord is bij hem. Zo togen tot hem af de koning van Israel, en Josafat, en de koning van Edom.
Maar Elisa zeide tot den koning van Israel: Wat heb ik met u te doen? Ga heen tot de profeten uws vaders, en tot de profeten uwer moeder. Doch de koning van Israel zeide tot hem: Neen, want de HEERE heeft deze drie koningen geroepen, om die in der Moabieten hand te geven.
Toen zeide de koning van Syrie: Ga heen, kom, en ik zal een brief aan den koning van Israel zenden. En hij ging heen, en nam in zijn hand tien talenten zilvers, en zes duizend sikkelen gouds, en tien wisselklederen.
En hij bracht den brief tot den koning van Israel, zeggende: Zo wanneer nu deze brief tot u zal gekomen zijn, zie, ik heb mijn knecht Naaman tot u gezonden, dat gij hem ontledigt van zijn melaatsheid.
En het geschiedde, als de koning van Israel den brief gelezen had, dat hij zijn klederen scheurde, en zeide: Ben ik dan God, om te doden en levend te maken, dat deze tot mij zendt, om een man van zijn melaatsheid te ontledigen? Want voorwaar, merkt toch, en ziet, dat hij oorzaak tegen mij zoekt.
Maar het geschiedde, als Elisa, de man Gods, gehoord had, dat de koning van Israel zijn klederen gescheurd had, dat hij tot den koning zond, om te zeggen: Waarom hebt gij uw klederen gescheurd? Laat hem nu tot mij komen, zo zal hij weten, dat er een profeet in Israel is.
Maar de man Gods zond henen tot den koning van Israel, zeggende: Wacht u, dat gij door die plaats niet trekt, want de Syriers zijn daarhenen afgekomen.
Daarom zond de koning van Israel henen aan die plaats, waarvan hem de man Gods gezegd en hem gewaarschuwd had, en wachtte zich aldaar, niet eenmaal, noch tweemaal.
Toen werd het hart des konings van Syrie onstuimig over dezen handel; en hij riep zijn knechten, en zeide tot hen: Zult gij mij dan niet te kennen geven, wie van de onzen zij voor den koning van Israel?
En een van zijn knechten zeide: Neen, mijn heer koning! Maar Elisa, de profeet, die in Israel is, geeft den koning van Israel te kennen de woorden, die gij in uw binnenste slaapkamer spreekt.
En de koning van Israel zeide tot Elisa, als hij hen zag: Zal ik hen slaan? Zal ik hen slaan, mijn vader?
Want de HEERE had het heir der Syriers doen horen een geluid van wagenen, en een geluid van paarden, het geluid ener grote heirkracht; zodat zij zeiden de een tot den ander: Zie, de koning van Israel heeft tegen ons gehuurd de koningen der Hethieten, en de koningen der Egyptenaren, om tegen ons te komen.
In het vijfde jaar nu van Joram, den zoon van Achab, den koning van Israel, toen Josafat koning was van Juda, begon Jehoram, de zoon van Josafat, den koning van Juda, te regeren.
In het twaalfde jaar van Joram, den zoon van Achab, den koning van Israel, begon Ahazia, de zoon van Jeroham, den koning van Juda, te regeren.
Twee en twintig jaren was Ahazia oud, als hij koning werd, en regeerde een jaar te Jeruzalem; en de naam zijner moeder was Athalia, de dochter van Omri, den koning van Israel.
Toen zeide Joram: Span aan. En men spande zijn wagen aan. Zo toog Joram, de koning van Israel, uit, en Ahazia, de koning van Juda, een ieder op zijn wagen; en zij togen uit Jehu tegemoet, en vonden hem op het stuk lands van Naboth, den Jizreeliet.
Elisa nu was krank geweest van zijn krankheid, van dewelke hij stierf; en Joas, de koning van Israel, was tot hem afgekomen, en had geweend over zijn aangezicht, en gezegd: Mijn vader, mijn vader, wagen Israels en zijn ruiteren!
En hij zeide tot den koning van Israel: Leg uw hand aan den boog, en hij leide zijn hand daaraan; en Elisa leide zijn handen op des konings handen.
Daarna zeide hij: Neem de pijlen. En hij nam ze. Toen zeide hij tot den koning van Israel: Sla tegen de aarde. En hij sloeg driemaal; daarna stond hij stil.
In het tweede jaar van Joas, den zoon van Joahaz, den koning van Israel, werd Amazia koning, de zoon van Joas, den koning van Juda.
Toen zond Amazia boden tot Joas, den zoon van Joahaz, den zoon van Jehu, den koning van Israel, zeggende: Kom, laat ons elkanders aangezicht zien.
Maar Joas, de koning van Israel, zond tot Amazia, den koning van Juda, zeggende: De distel, die op den Libanon is, zond tot den ceder, die op den Libanon is, zeggende: Geef uw dochter mijn zoon ter vrouw; maar het gedierte des velds, dat op den Libanon is, ging voorbij, en vertrad den distel.
Doch Amazia hoorde niet; daarom toog Joas, de koning van Israel, op, zodat hij en Amazia, de koning van Juda, elkanders aangezicht zagen te Beth-Semes, dat in Juda is.
En Joas, de koning van Israel, greep Amazia, den koning van Juda, den zoon van Joas, den zoon van Ahazia, te Beth-Semes, en kwam te Jeruzalem; en hij brak aan den muur van Jeruzalem, van de poort van Efraim tot aan de Hoekpoort, vierhonderd ellen.
Amazia nu, de zoon van Joas, koning van Juda, leefde na den dood van Joas, den zoon van Joahaz, den koning van Israel, vijftien jaren.
In het vijftiende jaar van Amazia, den zoon van Joas, den koning van Juda, werd te Samaria koning, Jerobeam, de zoon van Joas, koning van Israel, en regeerde een en veertig jaren.
In het zeven en twintigste jaar van Jerobeam, den koning van Israel, werd koning Azaria, de zoon van Amazia, den koning van Juda.
In de dagen Pekah, den koning van Israel, kwam Tiglath-Pilezer, de koning van Assyrie, en nam Ijon in, en Abel-Beth-maacha, en Janoah, en Kedes, en Hazor, en Gilead, en Galilea, het ganse land van Nafthali; en hij voerde hen weg naar Assyrie.
In het tweede jaar van Pekah, den zoon van Remalia, den koning van Israel, werd Jotham koning, de zoon van Uzzia, den koning van Juda.
Toen toog Rezin, de koning van Syrie, op, met Pekah, den zoon van Remalia, den koning van Israel, naar Jeruzalem ten strijde; en zij belegerden Achaz, maar zij vermochten niet met strijden.
Achaz nu zond boden tot Tiglath-Pilezer, den koning van Assyrie, zeggende: Ik ben uw knecht en uw zoon; kom op, en verlos mij uit de hand van den koning van Syrie, en uit de hand van den koning van Israel, die zich tegen mij opmaken.
Het geschiedde nu in het derde jaar van Hosea, den zoon van Ela, den koning van Israel, dat Hizkia koning werd, de zoon van Achaz, koning van Juda.
Het geschiedde nu in het vierde jaar van den koning Hizkia (hetwelk was het zevende jaar van Hosea, den zoon van Ela, den koning van Israel) dat Salmaneser, de koning van Assyrie, opkwam tegen Samaria, en haar belegerde.
En zij namen haar in ten einde van drie jaren, in het zesde jaar van Hizkia; het was het negende jaar van Hosea, den koning van Israel, als Samaria ingenomen werd.
Want hij bouwde de hoogten weder op, die Hizkia, zijn vader, verdorven had; en hij richtte Baal altaren op, en maakte een bos, gelijk als Achab, de koning van Israel, gemaakt had, en boog zich neder voor het heir des hemels, en diende ze.
De hoogten ook, die vooraan Jeruzalem waren, dewelke waren ter rechterhand van de berg Mashith, die Salomo, de koning van Israel, voor Astoreth, het verfoeisel der Sidoniers, en voor Kamos, het verfoeisel der Moabieten, en voor Milchom, den gruwel der kinderen Ammons, gebouwd had, verontreinigde de koning.
En hij bracht van daar uit al de schatten van het huis des HEEREN, en de schatten van het huis des konings; en hij hieuw alle gouden vaten af, die Salomo, de koning van Israel, in den tempel des HEEREN gemaakt had, gelijk als de HEERE gesproken had.
Zoekresultaten op Versies
- SVG (41)
Zoekresultaten op Boek
Gerelateerde teksten
- Aan de voeten van Gamaliel (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Alle Israël (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Als koning (12 voorbeelden in 1 vertaling)
- Apostel van Jezus Christus (9 voorbeelden in 1 vertaling)
- Apostelen van Christus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Bloed van Christus (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Bloed van Jezus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Dag van Christus (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Dag van duisternis (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Dag van wolken (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Dagen van Noach. (4 voorbeelden in 1 vertaling)
- De besnijdenis van Christus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- De hoofden van de vaderen (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- De muren van Jeruzalem. (5 voorbeelden in 1 vertaling)
- De opstanding van Jezus Christus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- De oudsten van het huis Israëls (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- De waarheid van het evangelie (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Dienaar van Jezus Christus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Dienst van God (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Dienstknecht van Christus (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Dochter van Jeruzalem. (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Door de wil van God (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Erfenis van de (4 voorbeelden in 1 vertaling)
- Erfgenaam van God (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Evangelie van Christus (9 voorbeelden in 1 vertaling)
- Evangelie van God (6 voorbeelden in 1 vertaling)
- Feest van het Pascha (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Geen Koning in Israël. (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Geest van Christus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Geest van God (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Genade van God (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Getuigenis van God (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Getuigenis van Jezus (5 voorbeelden in 1 vertaling)
- Gevangene van Christus Jezus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Gevangene van Jezus Christus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Gezicht van de Heere (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- God is koning (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- God van de doden. (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- God van Israël (28 voorbeelden in 1 vertaling)
- God van verwarring (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Graf van zijn vader (3 voorbeelden in 1 vertaling)
- Grote Koning (5 voorbeelden in 1 vertaling)
- Haar van zijn hoofd (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Hart springt van vreugde (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Heerlijkheid van Christus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Herders van Israël (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Het bloed van Abel. (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Het bloed van al de profeten (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Het boek van de oorlogen (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Het leven van Jezus (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Het volk van Israël (5 voorbeelden in 1 vertaling)
- Het zij verre van mij (6 voorbeelden in 1 vertaling)
- Hoofd van Christus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Huis van David (13 voorbeelden in 1 vertaling)
- Huis van God (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Huis van Juda (37 voorbeelden in 1 vertaling)
- In de handen van (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- In de naam van de heer. (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- In de naam van Jezus (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Inwoners van Jeruzalem. (43 voorbeelden in 1 vertaling)
- Israel Gods (1 voorbeeld in 1 vertaling)
- Jezus van Nazareth (2 voorbeelden in 1 vertaling)
- Kennis van God (7 voorbeelden in 1 vertaling)
- Kinderen van Israël (9 voorbeelden in 1 vertaling)
- Koning der koningen (6 voorbeelden in 1 vertaling)
- Koning Over Israël (26 voorbeelden in 1 vertaling)
- Koning Over Juda (6 voorbeelden in 1 vertaling)
- Koning van Israël (124 voorbeelden in 1 vertaling)
- Koning van Juda (135 voorbeelden in 1 vertaling)
Verwante onderwerpen
- Anderen Die Israël Uit Egypte Halen
- Artaxerxes De Koning
- Babylon, Israël Verbannen Naar
- Bekering Van Israël
- Christus Is Koning Van Israël
- Constructie Israël
- De Aard Van Koningen
- De Bergen Van Israël
- De Bevelen Van De Koning
- De Koning Jezus Christus
- De wet Gegeven Aan Israël
- Doden Binnen Israël
- Geen Koning
- Gevangenschap Van Israël
- God Beschermer Van Israël
- God Die Israël Verstrooit
- God Haalt Israël Uit Egypte
- Goddelijk Koningschap
- Gods Activiteit In Israël
- Gods Glorie In Israël
- Gods Liefde Voor Israël
- Gods Verbond Met Israëls' priesters
- Goede Koningen
- Goede Koningen Nabootsen
- Herders Als Koningen En Leiders
- Het Eeuwig Koninkrijk, Christus Herstelt Israël
- Hoe Koningen Zich Moeten Gedragen
- Houdingen Tegenover Koningen
- Israël
- Israël Als De Verkozenen
- Israël Als Zonen Van God
- Israël Beoordelen
- Israël In De Wildernis
- Israël In Verdrukking
- Israël Jaloers Maken
- Israël Op De Vlucht
- Israël uit Egypte halen
- Israël Verhardde
- Israël Vervloeken
- Israëlieten Doden
- Israëlische Voorbeelden Van Afvalligheid
- Jezus Als Een Koning Der Koningen
- Kamp Van Israël
- Kerk Onderscheiden Van Israël
- Koningen
- Koningen Dienen
- Koningen Doden
- Koningen En Trots
- Koningen En Wijsheid
- Koningen Maken
- Koningen Van Heel Israël Of Juda
- Koningen Van Het Noordelijk Koninkrijk
- Koningen Van Juda
- Koningen Waarvoor Gewaarschuwd
- Koninginnen
- Koningshuis
- Land Beloofd Aan Israël
- Land Permanent Hersteld Naar Israël
- Legers Tegen Israël
- Lijst van koningen van Israël
- Menselijk Koningschap
- Messiaanse Titels, Koning Van De Joden
- Missie Van Israël
- Moeders Van Koningen
- Naties die Israël aanvallen
- Noordelijk Koninkrijk Israël
- Onbekenden In Israël
- Ondergang van Israël
- Ontbiedende Koningen
- Oprecht Voor Israël Zijn
- Opstand Van Israël
- Overlevenden Van Israël
- Plichten Van Koningen
- Redding voor Israël
- Samenkomen Israël
- Slechte Koningen Nabootsen
- Stammen Van Israël
- Steden in Israël
- Uniek Israël
- Velen In Israël
- Verbannen Koningen
- Verbanning van Israël naar Assyrië
- Vijanden Van Israël En Juda
- Voorbeelden Van Goede Koningen
- Vreemde Koningen
- Vreugde Van Israël
- Wedergeboorte Van Israël
- Wee Israël en Jeruzalem
- Zalving Van Koningen
- Zegeningen Voor Israël
- Zij Die Van Israël Moeten Worden Afgesneden