Most Popular Bible Verses in Numberi 33

Numberi Rank:

135
VersbegrippenWildernis Van Zin

En zij verreisden van Ezeon-Geber, en legerden zich in de woestijn Zin, dat is Kades.

257
VersbegrippenDe Regio Jordanië

En de HEERE sprak tot Mozes, in de vlakke velden der Moabieten, aan de Jordaan van Jericho, zeggende:

262

En de Kanaaniet, de koning van Harad, die in het zuiden woonde in het land Kanaan, hoorde, dat de kinderen Israels aankwamen.

272
VersbegrippenLeeftijd Over 100 JaarLeeftijd Bij Overlijden

Aaron nu was honderd drie en twintig jaren oud, als hij stierf op den berg Hor.

297
VersbegrippenDe Regio Jordanië

En zij verreisden van de bergen Abarim, en legerden zich in de vlakke velden der Moabieten, aan de Jordaan van Jericho.

301

En zij verreisden van Dibon-Gad, en legerden zich in Almon-Diblathaim.

309

En zij verreisden van den berg Hor, en legerden zich in Zalmona.

319

En zij verreisden van Jotbatha, en legerden zich in Abrona.

387

En zij verreisden van Abrona, en legerden zich in Ezeon-Geber.

621
VersbegrippenDurf, Voor MensenToeschouwers

Zij reisden dan van Rameses; in de eerste maand, op den vijftienden dag der eerste maand, des anderen daags van het pascha, togen de kinderen Israels uit door een hoge hand, voor de ogen van alle Egyptenaren;

628
VersbegrippenEgypte Verlaten

Dit zijn de reizen der kinderen Israels, die uit Egypteland uitgetogen zijn, naar hun heiren, door de hand van Mozes en Aaron.

637
VersbegrippenGeboden in OTMaandMaand 5

Toen ging de priester Aaron op den berg Hor, naar den mond des HEEREN, en stierf aldaar, in het veertigste jaar na den uittocht van de kinderen Israels uit Egypteland, in de vijfde maand, op den eersten der maand.

687
VersbegrippenDoornenOnkruidVerenigingen Van KwaadZe Niet VerdrijvenBeschadigde OgenVerontrustende Groepen Van MensenLastig VallenLandIslam

Maar indien gij de inwoners des lands niet voor uw aangezicht uit de bezitting zult verdrijven, zo zal het geschieden, dat, die gij van hen zult laten overblijven, tot doornen zullen zijn in uw ogen, en tot prikkelen in uw zijden, en u zullen benauwen op het land, waarin gij woont.

727
VersbegrippenGrenzen

En zij verreisden van Kades, en legerden zich aan den berg Hor, aan het einde des lands van Edom.

769
VersbegrippenHoge PlaatsenHeiligdommenGoudsmedenVernietiging Van Satans Werk

Zo zult gij alle inwoners des lands voor uw aangezicht uit de bezitting verdrijven, en al hun beeltenissen verderven; ook zult gij al hun gegotene beelden verderven, en al hun hoogten verdelgen.

784
VersbegrippenEerstgeboreneDood Van De EerstgeboreneGeen Heil Van Andere Goden

Als de Egyptenaars begroeven degenen, welke de HEERE onder hen geslagen had, alle eerstgeborenen; ook had de HEERE gerichten geoefend aan hun goden.

793

En zij verreisden van Zalmona, en legerden zich in Funon.

798

En zij verreisden van Sukkoth, en legerden zich in Etham, hetwelk aan het einde der woestijn is.

799

En Mozes schreef hun uittochten, naar hun reizen, naar den mond des HEEREN; en dit zijn hun reizen, naar hun uittochten.

806

En zij verreisden van Rissa, en legerden zich in Kehelatha.

824

En zij verreisden van Etham, en keerden weder naar Pi-hachiroth, dat tegenover Baal-Sefon is, en zij legerden zich voor Migdol.

840
VersbegrippenWoestijen, SpecifiekDrie DagenIsraël In De WildernisBijzondere ReizenEen Weg Door De Rode Zee

En zij verreisden van Hachiroth, en gingen over, door het midden van de zee, naar de woestijn, en zij gingen drie dagreizen in de woestijn Etham, en legerden zich in Mara.

861

En zij verreisden van de Schelfzee, en legerden zich in de woestijn Sin.

871

En zij verreisden van Oboth, en legerden zich aan de heuvelen van Abarim, in de landpale van Moab.

905
VersbegrippenDe Oversteek Naar Het Beloofde Land

Spreek tot de kinderen Israels, en zeg tot hen: Wanneer gijlieden over de Jordaan zult gegaan zijn in het land Kanaan;

921

En zij verreisden uit de woestijn van Sinai, en legerden zich in Kibroth-Thaava.

925

En zij verreisden van Elim, en legerden zich aan de Schelfzee.

930
VersbegrippenDe Regio Jordanië

En zij legerden zich aan de Jordaan van Beth-Jesimoth, tot aan Abel-Sittim, in de vlakke velden der Moabieten.

943

En zij verreisden van de heuvelen van Abarim, en legerden zich in Dibon-Gad.

971

Als de kinderen Israels van Rameses verreisd waren, zo legerden zij zich te Sukkoth.

981
VersbegrippenWildernis Van Zin

En zij verreisden uit de woestijn Sin, en zij legerden zich in Dofka.

988

En zij verreisden van Funon, en legerden zich in Oboth.

993

En zij verreisden van Moseroth, en legerden zich in Bene-Jaakan.

1004
VersbegrippenGeen Water Voor Mensen

En zij verreisden van Aluz, en legerden zich in Rafidim; doch daar was geen water voor het volk, om te drinken.

1029

En zij verreisden van Mithka, en legerden zich in Hasmona.

1030
VersbegrippenLoten UitschrijvenVastgoedVolgens MensenEnkele MensenVelen In Israël

En gij zult het land in erfelijke bezitting nemen door het lot, naar uw geslachten; dengenen, die veel zijn, zult gij hun erfenis meerder maken, en dien, die weinig zijn, zult gij hun erfenis minder maken; waarheen voor iemand het lot zal uitgaan, dat zal hij hebben; naar de stammen uwer vaderen zult gij de erfenis nemen.

1047

En zij verreisden van Hasmona, en legerden zich in Moseroth.

1050
VersbegrippenBezittingenLand

En gij zult het land in erfelijke bezitting nemen, en daarin wonen; want Ik heb u dat land gegeven, om hetzelve erfelijk te bezitten.

1051

En zij verreisden van Almon-Diblathaim, en legerden zich in de bergen Abarim, tegen Nebo.

1052

En zij verreisden van Rithma, en legerden zich in Rimmon-Perez.

1068

En zij verreisden van Hazeroth, en legerden zich in Rithma.

1073
VersbegrippenNummer TwaalfBomenTwaalf DingenDe Jaren Zeventig

En zij verreisden van Mara, en kwamen te Elim; in Elim nu waren twaalf waterfonteinen en zeventig palmbomen, en zij legerden zich aldaar.

1087

En zij verreisden van Bene-Jaakan, en legerden zich in Hor-Gidgad.

1088

En zij verreisden van Kibroth-Thaava, en legerden zich in Hazeroth.

1091

En zij verreisden van Rafidim, en legerden zich in de woestijn van Sinai.

1098

En zij verreisden van Dofka, en legerden zich in Aluz.

1102

En zij verreisden van Kehelatha, en legerden zich in het gebergte van Safer.

1112

En zij verreisden van Rimmon-Perez, en legerden zich in Libna.

1120

En zij verreisden van Tachath, en legerden zich in Tharah.

1122

En zij verreisden van Makheloth, en legerden zich in Tachath.

1136

En zij verreisden van Hor-gidgad, en legerden zich in Jotbatha.

1144

En zij verreisden van Libna, en legerden zich in Rissa.

1166

En zij verreisden van Tharah, en legerden zich in Mithka.

1180

En zij verreisden van Harada, en legerden zich in Makheloth.

1181

En zij verreisden van het gebergte Safer, en legerden zich in Harada.

1186
VersbegrippenGelijke Straf

En het zal geschieden, dat Ik u zal doen, gelijk als Ik hun dacht te doen.