16 Bijbelvers over Aan God Geven

Meest relevante verzen

Romeinen 11:35

Of wie heeft Hem eerst gegeven, en het zal hem wedervergolden worden?

Job 35:7

Indien gij rechtvaardig zijt, wat geeft gij Hem, of wat ontvangt Hij uit uw hand?

Psalmen 116:12

Wat zal ik den HEERE vergelden voor al Zijn weldaden aan mij bewezen?

1 Kronieken 29:16

HEERE, onze God, al deze menigte, die wij bereid hebben om U een huis te bouwen, den Naam Uwer heiligheid, dat is van Uw hand, en het is alles Uw.

Psalmen 76:11

Doet geloften en betaalt ze den HEERE, uw God, gij allen, die rondom Hem zijt! Laat hen Dien, Die te vrezen is, geschenken brengen;

Ezechiël 44:29

Het spijsoffer, en het zondoffer, en het schuldoffer, die zullen zij eten; ook zal al het verbannene in Israel het hunne zijn.

Mattheüs 15:5

Maar gij zegt: Zo wie tot vader of moeder zal zeggen: Het is een gave, zo wat u van mij zou kunnen ten nutte komen; en zijn vader of zijn moeder geenszins zal eren, die voldoet.

Psalmen 68:29

Om Uws tempels wil te Jeruzalem, zullen U de koningen geschenk toebrengen.

Jesaja 18:7

Te dien tijd zal den HEERE der heirscharen een geschenk gebracht worden van het volk, dat getrokken is en geplukt, en van het volk, dat vreselijk is van dat het was en voortaan; een volk van regel en regel, en van vertreding, welks land de rivieren beroven; tot de plaats van den Naam des HEEREN der heirscharen, tot den berg Sion.

Psalmen 68:18

Gij zijt opgevaren in de hoogte; Gij hebt de gevangenis gevankelijk gevoerd; Gij hebt gaven genomen om uit te delen onder de mensen; ja, ook de wederhorigen om bij U te wonen, o HEERE God!

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain