24 Bijbelvers over Drie- Tot Vierhonderd

Meest relevante verzen

Richteren 7:6-8

Toen was het getal dergenen, die met hun hand tot hun mond gelekt hadden, driehonderd man; maar alle overigen des volks hadden op hun knieen gebukt, om water te drinken. En de HEERE zeide tot Gideon: Door deze driehonderd mannen, die gelekt hebben, zal Ik ulieden verlossen, en de Midianieten in uw hand geven; daarom laat al dat volk weggaan, een ieder naar zijn plaats. En het volk nam den teerkost in hun hand, en hun bazuinen; en hij liet al die mannen van Israel gaan, een iegelijk naar zijn tent; maar die driehonderd man behield hij. En hij had het heirleger der Midianieten beneden in het dal.

Richteren 7:16

En hij deelde de driehonderd man in drie hopen; en hij gaf een iegelijk een bazuin in zijn hand, en ledige kruiken, en fakkelen in het midden der kruiken.

Richteren 8:4

Als nu Gideon gekomen was aan de Jordaan, ging hij over, met de driehonderd mannen, die bij hem waren, zijnde moede, nochtans vervolgende.

2 Samuël 23:18

Abisai, Joabs broeder, de zoon van Zeruja, die was ook een hoofd van drieen; en die hief zijn spies op tegen driehonderd, die van hem verslagen werden; en hij had een naam onder die drie.

1 Kronieken 11:20

Abisai nu, de broeder van Joab, was ook het hoofd van drie; en hij, verheffende zijn spies tegen driehonderd, versloeg hen; alzo had hij een naam onder die drie.

Esther 9:15

En de Joden, die te Susan waren, vergaderden ook op den veertienden dag der maand Adar, en zij doodden te Susan driehonderd mannen; maar zij sloegen hun hand niet aan den roof.

Ezra 8:5

Van de kinderen van Sechanja, de zoon van Jahaziel; en met hem driehonderd manspersonen.

1 Koningen 10:17

Insgelijks driehonderd schilden van geslagen goud; drie pond gouds liet hij opwegen tot elk schild; en de koning legde ze in het huis des wouds van Libanon.

Richteren 15:4

En Simson ging heen, en ving driehonderd vossen; en hij nam fakkelen, en keerde staart aan staart, en deed een fakkel tussen twee staarten in het midden.

Richteren 7:22

Als de driehonderd met de bazuinen bliezen, zo zette de HEERE het zwaard des een tegen den anderen, en dat in het ganse leger; en het leger vluchtte tot Beth-Sitta toe naar Tseredath, tot aan de grens van Abel-Mehola, boven Tabbath.

Genesis 14:14

Als Abram hoorde, dat zijn broeder gevangen was, zo wapende hij zijn onderwezenen, de ingeborenen van zijn huis, driehonderd en achttien, en hij jaagde hen na tot Dan toe.

Ezra 2:32

De kinderen van Harim, driehonderd en twintig.

Nehemia 7:35

De kinderen van Harim, driehonderd en twintig;

Ezra 2:17

De kinderen van Bezai, driehonderd drie en twintig.

Nehemia 7:23

De kinderen van Bezai, driehonderd vier en twintig;

Nehemia 7:22

De kinderen van Hassum, driehonderd acht en twintig;

Ezra 2:34

De kinderen van Jericho, driehonderd vijf en veertig.

Nehemia 7:36

De kinderen van Jericho, driehonderd vijf en veertig;

2 Samuël 2:31

Maar Davids knechten hadden van Benjamin en onder Abners mannen geslagen: driehonderd en zestig mannen waren er dood gebleven.

Ezra 2:4

De kinderen van Sefatja, driehonderd twee en zeventig.

Nehemia 7:9

De kinderen van Sefatja, driehonderd twee en zeventig;

Ezra 2:58

Al de Nethinim, en de kinderen der knechten van Salomo, waren driehonderd twee en negentig.

Nehemia 7:60

Al de Nethinim, en de kinderen der knechten van Salomo, waren driehonderd twee en negentig.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain