35 Bible Verses about Sexuele Zuiverheid

Meest relevante verzen

1 Thessalonians 4:3

Want dit is de wil van God, uw heiligmaking: dat gij u onthoudt van de hoererij;

1 Thessalonians 4:7

Want God heeft ons niet geroepen tot onreinigheid, maar tot heiligmaking.

1 Thessalonians 4:4

Dat een iegelijk van u wete zijn vat te bezitten in heiligmaking en eer;

1 Corinthians 5:10

Doch niet geheellijk met de hoereerders dezer wereld, of met de gierigaards, of met de rovers, of met de afgodendienaars; want anders zoudt gij moeten uit de wereld gaan.

1 Corinthians 6:18

Vliedt de hoererij. Alle zonde, die de mens doet, is buiten het lichaam, maar die hoererij bedrijft, zondigt tegen zijn eigen lichaam.

1 Timothy 1:10

Den hoereerders, dien, die bij mannen liggen, den mensendieven, den leugenaars, den meinedigen, en zo er iets anders tegen de gezonde leer is;

1 Corinthians 6:19

Of weet gij niet, dat ulieder lichaam een tempel is van den Heiligen Geest, Die in u is, Dien gij van God hebt, en dat gij uws zelfs niet zijt?

1 Corinthians 7:9

Maar indien zij zich niet kunnen onthouden, dat zij trouwen; want het is beter te trouwen dan te branden.

1 Corinthians 6:13

De spijzen zijn voor de buik, en de buik is voor de spijzen; maar God zal beide dezen en die te niet doen. Doch het lichaam is niet voor de hoererij, maar voor den Heere en de Heere voor het lichaam.

1 Corinthians 6:11

En dit waart gij sommigen; maar gij zijt afgewassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd, in den Naam van den Heere Jezus, en door den Geest onzes Gods;

Galatians 5:19

De werken des vleses nu zijn openbaar; welke zijn overspel, hoererij, onreinigheid, ontuchtigheid,

Hebrews 13:4

Het huwelijk is eerlijk onder allen, en het bed onbevlekt; maar hoereerders en overspelers zal God oordelen.

Ephesians 5:3

Maar hoererij en alle onreinigheid, of gierigheid, laat ook onder u niet genoemd worden, gelijkerwijs het den heiligen betaamt,

Colossians 3:6

Om welke de toorn Gods komt over de kinderen der ongehoorzaamheid;

Deuteronomy 23:2

Geen bastaard zal in de vergadering des HEEREN komen; zelfs zijn tiende geslacht zal in de vergadering des HEEREN niet komen.

1 Thessalonians 4:6

Dat niemand zijn broeder vertrede, noch bedriege in zijn handeling; want de Heere is een wreker over dit alles, gelijk wij u ook te voren gezegd en betuigd hebben.

2 Corinthians 7:1

Dewijl wij dan deze beloften hebben, geliefden, laat ons onszelven reinigen van alle besmetting des vleses en des geestes, voleindigende de heiligmaking in de vreze Gods.

Revelation 22:15

Maar buiten zullen zijn de honden, en de tovenaars, en de hoereerders, en de doodslagers, en de afgodendienaars, en een iegelijk, die de leugen liefheeft, en doet.

Colossians 3:5

Doodt dan uw leden, die op de aarde zijn, namelijk hoererij, onreinigheid, schandelijke beweging, kwade begeerlijkheid, en de gierigheid, welke is afgodendienst.

Acts 15:20

Maar hun zal aanschrijven, dat zij zich onthouden van de dingen, die door de afgoden besmet zijn, en van hoererij, en van het verstikte, en van bloed.

Luke 1:34

En Maria zeide tot den engel: Hoe zal dat wezen, dewijl ik geen man bekenne?

1 Timothy 5:2

De oude vrouwen als moeders; de jonge als zusters, in alle reinheid.

Revelation 9:21

En hebben zich ook niet bekeerd van hun doodslagen, noch van hun venijngevingen, noch van hun hoererij, noch van hun dieverijen.

Matthew 15:17

Verstaat gij nog niet, dat al wat ten monde ingaat, in de buik komt, en in de heimelijkheid wordt uitgeworpen?

Leviticus 15:18

Mitsgaders de vrouw, als een man met het zaad des bijliggens bij haar gelegen zal hebben; daarom zullen zij zich met water baden, en onrein zijn tot aan den avond.

Acts 15:29

Namelijk, dat gij u onthoudt van hetgeen den afgoden geofferd is, en van bloed, en van het verstikte, en van hoererij; van welke dingen, indien gij uzelven wacht, zo zult gij weldoen. Vaart wel.

Leviticus 18:1

Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende:

Proverbs 2:16

Om u te redden van de vreemde vrouw, van de onbekende, die met haar redenen vleit;

Deuteronomy 22:23

Wanneer er een jonge dochter zal zijn, die een maagd is, ondertrouwd aan een man, en een man haar in de stad zal gevonden, en bij haar gelegen hebben;

Ephesians 5:17

Daarom zijt niet onverstandig, maar verstaat, welke de wil des Heeren zij.

1 Corinthians 7:10

Doch den getrouwden gebiede niet ik, maar de Heere, dat de vrouw van den man niet scheide.

Revelation 14:4

Dezen zijn het, die met vrouwen niet bevlekt zijn, want zij zijn maagden; dezen zijn het, die het Lam volgen, waar Het ook heengaat; dezen zijn gekocht uit de mensen, tot eerstelingen Gode en het Lam.

1 Corinthians 5:8

Zo dan laat ons feest houden, niet in den ouden zuurdesem, noch in den zuurdesem der kwaadheid en der boosheid, maar in de ongezuurde broden der oprechtheid en der waarheid.

Exodus 19:10

Ook zeide de HEERE tot Mozes: Ga tot het volk, en heilig hen heden en morgen, en dat zij hun klederen wassen,

Ephesians 4:19

Welke, ongevoelig geworden zijnde, zichzelven hebben overgegeven tot ontuchtigheid, om alle onreinigheid gieriglijk te bedrijven.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain