19 Bijbelvers over Tweeduizend

Meest relevante verzen

Jozua 7:3

Daarna keerden zij weder naar Jozua, en zeiden tot hem: Dat het ganse volk niet optrekke, dat er omtrent twee duizend mannen, of omtrent drie duizend mannen optrekken, om Ai te slaan; vermoei daarheen al het volk niet; want zij zijn weinige.

Richteren 20:45

Toen keerden zij zich, en vloden naar de woestijn, tot den rotssteen van Rimmon; maar zij deden een nalezing onder hen op de straten, van vijf duizend man; voorts kleefden zij hen achteraan tot aan Gideom, en sloegen van hen twee duizend man.

1 Samuël 13:2

Toen verkoos zich Saul drie duizend mannen uit Israel; en er waren bij Saul twee duizend te Michmas en op het gebergte van Beth-El, en duizend waren er bij Jonathan te Gibea-Benjamins; en het overige des volks liet hij gaan, een iegelijk naar zijn tent.

2 Koningen 18:23

Nu dan, wed toch met mijn heer, den koning van Assyrie; en ik zal u twee duizend paarden geven, zo gij voor u de ruiters daarop zult kunnen geven.

Jesaja 36:8

Nu dan, wed toch met mijn heer, den koning van Assyrie; en ik zal u twee duizend paarden geven, zo gij voor u de ruiters daarop zult kunnen geven.

1 Kronieken 5:21

En zij voerden hun vee gevankelijk weg; van hun kemelen vijftig duizend, en tweehonderd en vijftig duizend schapen, en twee duizend ezelen, en honderd duizend zielen der mensen.

Markus 5:13

En Jezus liet het hun terstond toe. En de onreine geesten, uitgevaren zijnde, voeren in de zwijnen; en de kudde stortte van de steilte af in de zee (daar waren er nu omtrent twee duizend), en versmoorden in de zee.

Ezra 2:14

De kinderen van Bigvai, twee duizend zes en vijftig.

Nehemia 7:19

De kinderen van Bigvai, twee duizend, zeven en zestig;

Ezra 2:3

De kinderen van Paros, twee duizend honderd twee en zeventig.

Nehemia 7:8

De kinderen van Parhos waren twee duizend, honderd twee en zeventig;

Nehemia 7:17

De kinderen van Azgad, twee duizend, driehonderd twee en twintig;

Numberi 4:40

Hun getelden waren, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, twee duizend zeshonderd en dertig.

1 Kronieken 26:32

En zijn broeders waren kloeke lieden, twee duizend en zevenhonderd hoofden der vaderen; en de koning David stelde hen over de Rubenieten, en Gadieten, en den halven stam der Manassieten, tot alle zaken Gods en de zaken des konings.

Numberi 4:36

Hun getelden nu waren, naar hun geslachten, twee duizend zevenhonderd en vijftig.

Ezra 2:6

De kinderen van Pahath-Moab, van de kinderen van Jesua-Joab, twee duizend achthonderd en twaalf.

Nehemia 7:11

De kinderen van Pahath-Moab, van de kinderen van Jesua en Joab, twee duizend, achthonderd en achttien;

2 Kronieken 26:12

Het gehele getal van de hoofden der vaderen, der strijdbare helden, was twee duizend en zeshonderd.

2 Kronieken 35:8

Ook gaven zijn vorsten tot een vrijwillig offer voor het volk, voor de priesteren, en voor de Levieten; Hilkia, en Zacharia, en Jehiel, de oversten van het huis Gods, gaven den priesteren tot paasofferen, twee duizend en zeshonderd klein vee, en driehonderd runderen.

Knowing Jesus Everyday

Never miss a post

Public domain