9 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Goddeloos' in de Bijbel

Ik zal toch goddeloos zijn; waarom dan zal ik ijdellijk arbeiden?

VersbegrippenNutteloze ArbeidSchuldig Bevonden

Het is Uw wetenschap, dat ik niet goddeloos ben; nochtans is er niemand, die uit Uw hand verlosse.

VersbegrippenPleidooi Van Onschuld

Zo ik goddeloos ben, wee mij! En ben ik rechtvaardig, ik zal mijn hoofd niet opheffen; ik ben zat van schande, maar aanzie mijn ellende.

VersbegrippenHoofden OpheffenZonde Kleeft Aan De Zondaar

Ziet, dezen zijn goddeloos; nochtans hebben zij rust in de wereld; zij vermenigvuldigen het vermogen.

VersbegrippenGoddeloos Gebruik Van RijkdomVoorspoedZij Op Hun GemakRijk WordenRijkdom En VoorspoedGedijen

Een goddeloos man sterkt zich in zijn aangezicht; maar de oprechte, die maakt zijn weg vast.

VersbegrippenVervorming Van ZondeEen Gedurfde HoudingDurfAdverteren

Een heerser, die op leugentaal acht geeft, al zijn dienaars zijn goddeloos.

VersbegrippenKoningen Waarvoor GewaarschuwdDienend LeiderschapLiegen

Wees niet al te goddeloos, noch wees al te dwaas; waarom zoudt gij sterven buiten uw tijd?

VersbegrippenEuthanasieVroege DoodDwazen Die Wijzen WordenDoodBegeleide Zelfdoding

En gij, o onheilig, goddeloos vorst van Israel, wiens dag komen zal, ten tijde der uiterste ongerechtigheid;

VersbegrippenDe Dag Des Oordeels

En nu, o Heere, onze God! Die Uw volk uit Egypteland gevoerd hebt, met een sterke hand, en hebt U een Naam gemaakt, gelijk hij is te dezen dage; wij hebben gezondigd, wij zijn goddeloos geweest.

VersbegrippenHand Van GodGods HandKracht Van GodZoals Op Deze DagGod Haalt Israël Uit EgypteWe Hebben Gezondigd

Public domain