'Klage' in de Bijbel

David nu klaagde deze klage over Saul en over Jonathan, zijn zoon;

En de koning maakte een klage over Abner, en zeide: Is dan Abner gestorven, als een dwaas sterft?

Zo zegt de HEERE: Er is een stem gehoord in Rama, een klage, een zeer bitter geween; Rachel weent over haar kinderen; zij weigert zich te laten troosten over haar kinderen, omdat zij niet zijn.

Mem. Wat klaagt dan een levend mens? Een ieder klage vanwege zijn zonden.

Het geweld is opgerezen tot een roede der goddeloosheid; niets van hen zal overblijven, noch van hun menigte, noch van hun gedruis, en geen klage zal over hen zijn.