'Bezien' in de Bijbel
Gij geveinsde! werp eerst den balk uit uw oog, en dan zult gij bezien, om den splinter uit uws broeders oog uit te doen.
En laat na de sabbat, als het begon te lichten, tegen den eersten dag der week, kwam Maria Magdalena, en de andere Maria, om het graf te bezien.
En Jezus kwam binnen Jeruzalem, en in den tempel; en als Hij alles rondom bezien had, en het nu avondstond was, ging Hij uit naar Bethanie met de twaalven.
Of hoe kunt gij tot uw broeder zeggen: Broeder, laat toe, dat ik den splinter, die in uw oog is, uitdoe; daar gij zelf den balk, die in uw oog is, niet ziet? Gij geveinsde! doe eerst den balk uit uw oog, en dan zult gij bezien, om den splinter uit te doen, die in uws broeders oog is.
Mozes nu, dat ziende, verwonderde zich over het gezicht; en als hij derwaarts ging, om dat te bezien, zo geschiedde een stem des Heeren tot hem,
Zeggende: Ik ben de God uwer vaderen, de God Abrahams, en de God Izaks, en de God Jakobs. En Mozes werd zeer bevende, en durfde het niet bezien.