73 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Getelden' in de Bijbel

Als gij de som van de kinderen Israels opnemen zult, naar de getelden onder hen, zo zullen zij een iegelijk de verzoening zijner ziel den HEERE geven, als gij hen tellen zult; opdat onder hen geen plage zij, als gij hen tellen zult.

VersbegrippenVerzamelingenNatuurlijke Rampen

Dit zullen zij geven, al die tot de getelden overgaat, de helft eens sikkels, naar de sikkel des heiligdoms (deze sikkel is twintig gera); de helft eens sikkels is een hefoffer den HEERE.

VersbegrippenMunstelselGeldstukkenBreuken, Een HalfVergelijkende MaatregelenWaardering Van MensenJuiste MaatregelenBelasting Die Betaald Moet Worden

Al wie overgaat tot de getelden, van twintig jaren oud en daarboven, zal het hefoffer des HEEREN geven.

VersbegrippenMiddelbare LeeftijdTwintigLeeftijd

Het zilver nu van de getelden der vergadering was honderd talenten, en duizend zevenhonderd vijf en zeventig sikkelen, naar den sikkel des heiligdoms.

VersbegrippenMunstelselZilverZilver VergarenJuiste Maatregelen

Een beka voor elk hoofd, dat is een halve sikkel, naar den sikkel des heiligdoms, van een ieder, die overging tot de getelden, van twintig jaren oud en daarboven, namelijk zeshonderd drie duizend, vijfhonderd vijftig.

VersbegrippenMiddelbare LeeftijdGeldstukkenTwintigDrie- Tot Negenhonderd DuizendHelft Van De DingenVergelijkende MaatregelenJuiste MaatregelenBelasting Die Betaald Moet Worden

Hun getelden van den stam van Ruben waren zes en veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Van de zonen van Simeon, hun geboorten, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, zijn getelden, in het getal der namen, hoofd voor hoofd, al wat mannelijk was, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die ten heire uittrokken;

Hun getelden van den stam van Simeon waren negen en vijftig duizend en driehonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Waren hun getelden van den stam van Gad vijf en veertig duizend zeshonderd en vijftig.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Waren hun getelden van den stam van Juda vier en zeventig duizend en zeshonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Waren hun getelden van den stam van Issaschar vier en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Waren hun getelden van den stam van Zebulon zeven en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Waren hun getelden van den stam van Efraim veertig duizend en vijfhonderd;

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Waren hun getelden van den stam van Manasse twee en dertig duizend en tweehonderd.

VersbegrippenDertigduizend En Meer

Waren hun getelden van den stam van Benjamin vijf en dertig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenDertigduizend En Meer

Waren hun getelden van den stam van Dan twee en zestig duizend en zevenhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Waren hun getelden van den stam van Aser een en veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Waren hun getelden van den stam van Nafthali drie en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dezen zijn de getelden, welke Mozes geteld heeft, en Aaron, en de oversten van Israel; twaalf mannen waren zij, elk over het huis zijner vaderen.

VersbegrippenTwaalf Wezens

Alzo waren al de getelden der zonen van Israel, naar het huis hunner vaderen, van twintig jaren oud en daarboven, allen, die in Israel ten heire uittrokken,

VersbegrippenLegerdienstMiddelbare LeeftijdLeger

Al de getelden dan waren zeshonderd drie duizend vijfhonderd en vijftig.

VersbegrippenDrie- Tot Negenhonderd Duizend

Zijn heir nu, en zijn getelden waren vier en zeventig duizend en zeshonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Zijn heir nu, en zijn getelden waren vier en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig DuizendVerdeling

Zijn heir nu, en zijn getelden waren zeven en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Al de getelden des legers van Juda waren honderd zes en tachtig duizend en vierhonderd, naar hun heiren. Zij zullen vooraan optrekken.

VersbegrippenEerst ZijnHonderdduizend En MeerEerste Om Te Vechten

Zijn heir nu, en zijn getelden waren zes en veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Zijn heir nu, en zijn getelden waren negen en vijftig duizend en driehonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig DuizendVerdeling

Zijn heir nu, en zijn getelden waren vijf en veertig duizend zeshonderd en vijftig.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Al de getelden in het leger van Ruben waren honderd een en vijftig duizend vierhonderd en vijftig; naar hun heiren. En zij zullen de tweede optrekken.

VersbegrippenHonderdduizend En MeerTweede DingDood Van Andere Groepen

Zijn heir nu, en zijn getelden waren veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Zijn heir nu, en zijn getelden waren twee en dertig duizend en tweehonderd.

VersbegrippenDertigduizend En Meer

Zijn heir nu, en zijn getelden waren vijf en dertig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenDertigduizend En MeerVerdeling

Al de getelden in het leger van Efraim waren honderd acht duizend en eenhonderd, naar hun heiren. En zij zullen de derde optrekken.

VersbegrippenHonderdduizend En MeerDerde Persoon

Zijn heir nu, en zijn getelden waren twee en zestig duizend en zevenhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Zijn heir nu, en zijn getelden waren een en veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Zijn heir nu, en zijn getelden waren drie en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Al de getelden in het leger van Dan waren honderd zeven en vijftig duizend en zeshonderd. In het achterste zullen zij optrekken, naar hun banieren.

VersbegrippenHonderdduizend En MeerDe Laatsten

Dezen zijn de getelden van de kinderen Israels, naar het huis hunner vaderen; al de getelden der legers, naar hun heiren waren, zeshonderd drie duizend vijfhonderd en vijftig.

VersbegrippenDrie- Tot Negenhonderd Duizend

Hun getelden in getal waren van al wat mannelijk was, van een maand oud en daarboven; hun getelden waren zeven duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenZevenduizendLeeftijdscategorieën Van LevietenLevieten Tellen

En hun getelden in getal van al wat mannelijk was, van een maand oud en daarboven, waren zes duizend en tweehonderd.

VersbegrippenZesduizendLeeftijdscategorieën Van LevietenLevieten Tellen

Alle getelden der Levieten, welke Mozes en Aaron, op het bevel des HEEREN, naar hun geslachten, geteld hebben, al wat mannelijk was, van een maand oud en daarboven, waren twee en twintig duizend.

VersbegrippenTwintigduizend En MeerLeeftijdscategorieën Van LevietenLevieten Tellen

En alle eerstgeborenen, die mannelijk waren, in het getal der namen, van een maand oud en daarboven, naar hun getelden, waren twee en twintig duizend tweehonderd en drie en zeventig.

VersbegrippenTwintigduizend En Meer

Hun getelden nu waren, naar hun geslachten, twee duizend zevenhonderd en vijftig.

VersbegrippenTweeduizend

Dit zijn de getelden van de geslachten der Kahathieten, van al wie in de tent der samenkomst diende, welke Mozes en Aaron geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand van Mozes.

VersbegrippenLevieten Tellen

Insgelijks de getelden der zonen van Gerson, naar hun geslachten, en naar het huis hunner vaderen;

VersbegrippenLevieten Tellen

Hun getelden waren, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen, twee duizend zeshonderd en dertig.

VersbegrippenTweeduizend

Dezen zijn de getelden van de geslachten der zonen van Gerson, van al wie in de tent der samenkomst diende, welke Mozes en Aaron telden, naar het bevel des HEEREN.

VersbegrippenLevieten Tellen

En de getelden van de geslachten der zonen van Merari, naar hun geslachten, naar het huis hunner vaderen,

VersbegrippenLevieten Tellen

Hun getelden nu waren, naar hun geslachten, drie duizend en tweehonderd.

VersbegrippenDrieduizend En Meer

Dezen zijn de getelden van de geslachten der zonen van Merari, welke Mozes en Aaron geteld hebben, naar het bevel des HEEREN, door de hand van Mozes.

VersbegrippenLevieten Tellen

Al de getelden, welke Mozes en Aaron, en de oversten van Israel geteld hebben van de Levieten, naar hun geslachten, en naar het huis hunner vaderen,

Hun getelden waren acht duizend vijfhonderd en tachtig.

VersbegrippenAcht Duizend

Men telde hen, naar het bevel des HEEREN, door de hand van Mozes, een ieder naar zijn dienst, en naar zijn last; en zijn getelden waren, die de HEERE Mozes geboden had.

VersbegrippenLevieten TellenOpdracht

Dat de oversten van Israel, de hoofden van het huis hunner vaderen, offerden; deze waren de oversten der stammen, die over de getelden stonden.

VersbegrippenGraad

Uw dode lichamen zullen in deze woestijn vallen; en al uw getelden, naar uw gehele getal, van twintig jaren oud en daarboven, gij, die tegen Mij gemurmureerd hebt.

VersbegrippenFysieke MaturiteitTwintigSterven In De WildernisDood Als StrafSterven In De WoestijnKlagen

Dit zijn de geslachten der Rubenieten; en hun getelden waren drie en veertig duizend zevenhonderd en dertig.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Dat zijn de geslachten der zonen van Gad, naar hun getelden: veertig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Dat zijn de geslachten van Juda, naar hun getelden: zes en zeventig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten van Issaschar, naar hun getelden: vier en zestig duizend en driehonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten der Zebulonieten, naar hun getelden: zestig duizend en vijfhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten van Manasse: en hun getelden waren twee en vijftig duizend en zevenhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten der zonen van Efraim, naar hun getelden: twee en dertig duizend en vijfhonderd. Dat zijn de zonen van Jozef, naar hun geslachten.

VersbegrippenDertigduizend En Meer

Dat zijn de zonen van Benjamin, naar hun geslachten; en hun getelden waren vijf en veertig duizend en zeshonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Al de geslachten der Suhamieten, naar hun getelden, waren vier en zestig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten der zonen van Aser, naar hun getelden: drie en vijftig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVijftig Tot Negentig Duizend

Dat zijn de geslachten van Nafthali, naar hun geslachten; en hun getelden waren vijf en veertig duizend en vierhonderd.

VersbegrippenVeertig Duizend En Meer

Dat zijn de getelden van de zonen Israels: zeshonderd een duizend zevenhonderd en dertig.

VersbegrippenDrie- Tot Negenhonderd Duizend

Aan degenen, die veel zijn, zult gij hun erfenis meerder maken, en aan hen, die weinig zijn, zult gij hun erfenis minder maken; aan een iegelijk zal, naar zijn getelden, zijn erfenis gegeven worden.

VersbegrippenVolgens MensenEnkele MensenVelen In Israël

Dit zijn nu de getelden van Levi, naar hun geslachten: van Gerson het geslacht der Gersonieten; van Kohath het geslacht der Kohathieten; van Merari het geslacht der Merarieten.

En hun getelden waren drie en twintig duizend, al wat mannelijk is, van een maand oud en daarboven; want dezen werden niet geteld onder de kinderen Israels, omdat hun geen erfenis gegeven werd onder de kinderen Israels.

VersbegrippenLand Als Goddelijke VerantwoordelijkheidTwintigduizend En MeerGeen Aardse ErfenisLeeftijdscategorieën Van Levieten

Dat zijn de getelden van Mozes en Eleazar, den priester, die de kinderen Israels telden in de vlakke velden van Moab, aan de Jordaan van Jericho.

VersbegrippenVolkstellingDe Regio Jordanië

En onder dezen was niemand uit de getelden van Mozes en Aaron, den priester, als zij de kinderen Israels telden in de woestijn van Sinai.

VersbegrippenVolkstellingNiemand Te Vinden

En Joas zeide tot de priesteren: Al het geld der geheiligde dingen, dat gebracht zal worden in het huis des HEEREN, te weten het geld desgenen, die overgaat tot de getelden, het geld van een ieder der personen naar zijn schatting, en al het geld, dat in ieders hart komt, om dat te brengen in het huis des HEEREN,

VersbegrippenBezittingen GevenGeld Voor De TempelBeheren Van GeldGeld SparenPriesters

Zoekresultaten op Versies

Alle versies

Zoekresultaten op Boek


Public domain