'Israel' in de Bijbel
Zij dan, die samengekomen waren, vraagden Hem, zeggende: Heere, zult Gij in dezen tijd aan Israel het Koninkrijk wederoprichten?
Toen zeide Petrus, vervuld zijnde met den Heiligen Geest, tot hen: Gij oversten des volks, en gij ouderlingen van Israel!
Zo zij u allen kennelijk, en het ganse volk Israel, dat door den Naam van Jezus Christus, den Nazarener, Dien gij gekruist hebt, Welken God van de doden heeft opgewekt, door Hem, zeg ik, staat deze hier voor u gezond.
Deze heeft God door Zijn rechter hand verhoogd tot een Vorst en Zaligmaker, om Israel te geven bekering en vergeving der zonden.
De God van dit volk Israel heeft onze vaderen uitverkoren, en het volk verhoogd, als zij vreemdelingen waren in het land Egypte, en heeft hen met een hogen arm daaruit geleid.
Van het zaad dezes heeft God Israel, naar de belofte, verwekt den Zaligmaker Jezus;
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (33)
- Exodus (46)
- Leviticus (7)
- Numberi (58)
- Deuteronomium (45)
- Jozua (72)
- Richteren (100)
- Ruth (3)
- 1 Samuël (111)
- 2 Samuël (88)
- 1 Koningen (143)
- 2 Koningen (128)
- 1 Kronieken (85)
- 2 Kronieken (131)
- Ezra (25)
- Nehemia (11)
- Psalmen (40)
- Spreuken (1)
- Prediker (1)
- Hooglied (1)
- Jesaja (50)
- Jeremia (40)
- Klaagliederen (2)
- Ezechiël (38)
- Daniël (3)
- Hosea (28)
- Joël (2)
- Amos (13)
- Micha (4)
- Zefanja (2)
- Zacharia (3)
- Maleachi (3)