'Kwam' in de Bijbel
In het jaar, toen Tartan naar Asdod kwam, als hem Sargon, de koning van Assyrie gezonden had, toen hij krijg voerde tegen Asdod, en het innam;
Toen kwam Eljakim, de zoon van Hilkia, de hofmeester, en Sebna, de schrijver, en Joah, de zoon van Asaf, de kanselier, tot Hizkia met gescheurde klederen; en zij gaven hem de woorden van Rabsake te kennen.
Zo kwam Rabsake weder, en hij vond den koning van Assyrie strijdende tegen Libna; want hij had gehoord, dat hij van Lachis vertrokken was.
In die dagen werd Hizkia krank tot stervens toe; en de profeet Jesaja, de zoon van Amoz, kwam tot hem, en zeide tot hem: Alzo zegt de HEERE: Geef bevel aan uw huis; want gij zult sterven, en niet leven.
Toen kwam de profeet Jesaja tot den koning Hizkia, en zeide tot hem: Wat hebben die mannen gezegd, en van waar zijn zij tot u gekomen? En Hizkia zeide: Zij zijn uit verren lande tot mij gekomen, uit Babel.
Daarom heb Ik het u van toen af verkondigd, eer dat het kwam, heb Ik het u doen horen; opdat gij niet misschien zoudt zeggen: Mijn afgod heeft die dingen gedaan, of mijn gesneden beeld, of mijn gegoten beeld heeft ze bevolen.
Waarom kwam Ik, en er was niemand, waarom riep Ik, en niemand antwoordde? Is Mijn hand dus gans kort geworden, dat zij niet verlossen kan, of is er in Mij geen kracht om uit te redden? Ziet, door Mijn schelding maak Ik de zee droog, Ik stel de rivieren tot een woestijn, dat haar vis stinkt, omdat er geen water is, en sterft van dorst.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (50)
- Exodus (13)
- Leviticus (1)
- Numberi (12)
- Deuteronomium (2)
- Jozua (9)
- Richteren (33)
- Ruth (6)
- 1 Samuël (50)
- 2 Samuël (47)
- 1 Koningen (38)
- 2 Koningen (53)
- 1 Kronieken (12)
- 2 Kronieken (26)
- Ezra (7)
- Nehemia (7)
- Esther (8)
- Job (10)
- Psalmen (6)
- Prediker (1)
- Jesaja (7)
- Jeremia (9)
- Klaagliederen (1)
- Ezechiël (16)
- Daniël (15)
- Amos (1)
- Jona (3)
- Habakuk (2)
- Zacharia (2)