4 gebeurtenissen in 1 vertaling

'Spreek' in de Bijbel

Daarna zeide hij: Ik heb een woord aan u. En zij zeide: Spreek.

En nu begeer ik van u een enige begeerte; wijs mijn aangezicht niet af. En zij zeide tot hem: Spreek.

En hij zeide: Spreek toch tot den koning Salomo, want hij zal uw aangezicht niet afwijzen, dat hij mij Abisag, de Sunamietische, ter vrouwe geve.

VersbegrippenDwaasheidVrouwen Overdragen

De bode nu, die heengegaan was, om Micha te roepen, sprak tot hem, zeggende: Zie toch, de woorden der profeten zijn uit een mond goed tot den koning; dat toch uw woord zij, gelijk als het woord van een uit hen, en spreek het goede.

VersbegrippenBoodschapperSlechte Mensen NabootstenGoede Woorden

Public domain