'Totdat' in de Bijbel
En de hand der kinderen Israels ging steeds voort, en werd hard over Jabin, den koning van Kanaan, totdat zij Jabin, den koning van Kanaan, hadden uitgeroeid.
De dorpen hielden op in Israel, zij hielden op; totdat ik, Debora, opstond, dat ik opstond, een moeder in Israel.
Wijk toch niet van hier, totdat ik tot U kome, en mijn geschenk uitbrenge, en U voorzette. En Hij zeide: Ik zal blijven, totdat gij wederkomt.
Als hij op den vijfden dag des morgens vroeg op was, om weg te trekken, zo zeide de vader van de jonge vrouw: Sterk toch uw hart. En zij vertoefden, totdat de dag zich neigde; en zij beiden aten te zamen.
En deze vrouw kwam tegen het aanbreken van den morgenstond, en viel neder voor de deur van het huis des mans, waarin haar heer was, totdat het licht werd.
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (20)
- Exodus (11)
- Leviticus (5)
- Numberi (13)
- Deuteronomium (25)
- Jozua (23)
- Richteren (5)
- Ruth (6)
- 1 Samuël (12)
- 2 Samuël (8)
- 1 Koningen (13)
- 2 Koningen (10)
- 1 Kronieken (5)
- 2 Kronieken (12)
- Ezra (5)
- Nehemia (4)
- Job (8)
- Psalmen (13)
- Spreuken (1)
- Prediker (1)
- Hooglied (6)
- Jesaja (13)
- Jeremia (13)
- Klaagliederen (1)
- Ezechiël (7)
- Daniël (14)
- Hosea (3)
- Jona (1)
- Micha (1)