Lukas 19:40

En Hij, antwoordende, zeide tot hen: Ik zeg ulieden, dat, zo deze zwijgen, de stenen haast roepen zullen.

Habakuk 2:11

Want de steen uit den muur roept, en de balk uit het hout antwoordt dien.

Psalmen 96:11

Dat de hemelen zich verblijden, en de aarde zich verheuge, dat de zee bruise met haar volheid.

Psalmen 98:7-9

De zee bruise met haar volheid, de wereld met degenen, die daarin wonen.

Psalmen 114:1-8

Toen Israel uit Egypte toog, het huis Jakobs van een volk, dat een vreemde taal had;

Jesaja 55:12

Want in blijdschap zult gijlieden uittrekken, en met vrede voortgeleid worden; de bergen en heuvelen zullen geschal maken met vrolijk gezang voor uw aangezicht, en alle bomen des velds zullen de handen samenklappen.

Mattheüs 21:15-16

Als nu de overpriesters en Schriftgeleerden zagen de wonderheden, die Hij deed, en de kinderen, roepende in den tempel, en zeggende: Hosanna den Zone Davids! namen zij dat zeer kwalijk;

Mattheüs 3:9

En meent niet bij uzelven te zeggen: Wij hebben Abraham tot een vader; want ik zeg u, dat God zelfs uit deze stenen Abraham kinderen kan verwekken.

Mattheüs 27:45

En van de zesde ure aan werd er duisternis over de gehele aarde, tot de negende ure toe.

Mattheüs 27:51-54

En ziet, het voorhangsel des tempels scheurde in tweeen, van boven tot beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsen scheurden.

2 Petrus 2:6

En de steden van Sodoma en Gomorra tot as verbrandende met omkering veroordeeld heeft, en tot een voorbeeld gezet dengenen, die goddelooslijk zouden leven;

Treasury of Scripture Knowledge did not add