Psalmen 119:103

Hoe zoet zijn Uw redenen mijn gehemelte geweest, meer dan honig mijn mond!

Psalmen 19:10

Zij zijn begeerlijker dan goud, ja, dan veel fijn goud; en zoeter dan honig en honigzeem.

Spreuken 8:11

Want wijsheid is beter dan robijnen, en al wat men begeren mag, is met haar niet te vergelijken.

Spreuken 24:13-14

Eet honig, mijn zoon! want hij is goed, en honigzeem is zoet voor uw gehemelte.

Job 23:12

Het gebod Zijner lippen heb ik ook niet weggedaan; de redenen Zijns monds heb ik meer dan mijn bescheiden deel weggelegd.

Psalmen 63:5

Mijn ziel zou als met smeer en vettigheid verzadigd worden, en mijn mond zou roemen met vrolijk zingende lippen.

Spreuken 3:17

Haar wegen zijn wegen der liefelijkheid, en al haar paden vrede.

Hooglied 1:2-4

Hij kusse mij met de kussen Zijns monds; want Uw uitnemende liefde is beter dan wijn.

Hooglied 5:1

Ik ben in Mijn hof gekomen, o Mijn zuster, o bruid! Ik heb Mijn mirre geplukt met Mijn specerij; Ik heb Mijn honigraten met Mijn honig gegeten; Ik heb Mijn wijn, mitsgaders Mijn melk gedronken. Eet, vrienden! drinkt, en wordt dronken, o liefsten!

Treasury of Scripture Knowledge did not add