'Uw hart' in de Bijbel
Maar Jezus, hun overdenkingen bekennende, antwoordde en zeide tot hen: Wat overdenkt gij in uw harten?
En hij, antwoordende, zeide: Gij zult den Heere, uw God, liefhebben, uit geheel uw hart, en uit geheel uw ziel, en uit geheel uw kracht, en uit geheel uw verstand; en uw naaste als uzelven.
Want waar uw schat is, aldaar zal ook uw hart zijn.
En Hij zeide tot hen: Gij zijt het, die uzelven rechtvaardigt voor de mensen; maar God kent uw harten; want dat hoog is onder de mensen, is een gruwel voor God.
Neemt dan in uw harten voor, van te voren niet te overdenken, hoe gij u verantwoorden zult;
En wacht uzelven, dat uw harten niet te eniger tijd bezwaard worden met brasserij en dronkenschap, en zorgvuldigheden dezes levens, en dat u die dag niet onvoorziens over kome.
En Hij zeide tot hen: Wat zijt gij ontroerd, en waarom klimmen zulke overleggingen in uw harten?
Zoekresultaten op Versies
Zoekresultaten op Boek
- Genesis (1)
- Exodus (1)
- Leviticus (1)
- Numberi (1)
- Deuteronomium (19)
- Jozua (1)
- Richteren (6)
- 1 Samuël (6)
- 2 Samuël (3)
- 1 Koningen (4)
- 2 Koningen (3)
- 1 Kronieken (3)
- 2 Kronieken (5)
- Nehemia (1)
- Job (5)
- Psalmen (4)
- Spreuken (17)
- Prediker (5)
- Hooglied (1)
- Jesaja (9)
- Jeremia (5)
- Klaagliederen (1)
- Ezechiël (12)
- Daniël (2)
- Joël (1)
- Zacharia (1)