'Zijn Woord' in de Bijbel

Zijn mond is gladder dan boter, maar zijn hart is krijg; zijn woorden zijn zachter dan olie, maar dezelve zijn blote zwaarden.

In God zal ik Zijn woord prijzen; ik vertrouw op God, ik zal niet vrezen; wat zoude mij vlees doen?

Looft den HEERE, Zijn engelen! gij krachtige helden, die Zijn woord doet, gehoorzamende de stem Zijns woords.

Tot den tijd toe, dat Zijn woord kwam, heeft hem de rede des HEEREN doorlouterd.

Hij zond duisternis, en maakte het duister; en zij waren Zijn woord niet wederspannig.

Toen geloofden zij aan Zijn woorden; zij zongen Zijn lof.

Zij versmaadden ook het gewenste land; zij geloofden Zijn woord niet.

Hij zond Zijn woord uit, en heelde hen, en rukte hen uit hun kuilen.

Ik verwacht den HEERE; mijn ziel verwacht, en ik hoop op Zijn Woord.

Hij zendt Zijn bevel op aarde; Zijn woord loopt zeer snel.

Hij zendt Zijn woord, en doet ze smelten; Hij doet Zijn wind waaien, de wateren vloeien henen.

Hij maakt Jakob Zijn woorden bekend, Israel Zijn inzettingen en Zijn rechten.

Vuur en hagel, sneeuw en damp; gij stormwind, die Zijn woord doet!