14 Bijbelverzen over Israël Beoordelen

Meest relevante verzen

Ruth 1:1

In de dagen, als de richters richtten, zo geschiedde het, dat er honger in het land was; daarom toog een man van Bethlehem-Juda, om als vreemdeling te verkeren in de velden Moabs, hij, en zijn huisvrouw, en zijn twee zonen.

1 Samuël 7:15-17

Samuel nu richtte Israel al de dagen zijns levens. En hij toog van jaar tot jaar, en ging rondom naar Beth-El, en Gilgal, en Mizpa; en hij richtte Israel in al die plaatsen. Doch hij keerde weder naar Rama; want daar was zijn huis, en daar richtte hij Israel; en hij bouwde aldaar den HEERE een altaar.

Richteren 3:10

En de Geest des HEEREN was over hem, en hij richtte Israel, en toog uit ten strijde; en de HEERE gaf Cuschan Rischataim, den koning van Syrie, in zijn hand, dat zijn hand sterk werd over Cuschan Rischataim.

Richteren 4:4-5

Debora nu, een vrouw, die een profetesse was, de huisvrouw van Lappidoth, deze richtte te dier tijd Israel. En zij woonde onder den palmboom van Debora, tussen Rama en tussen Beth-El, op het gebergte van Efraim; en de kinderen Israels gingen op tot haar ten gerichte.

Richteren 10:2

En hij richtte Israel drie en twintig jaren; en hij stierf, en werd begraven te Samir.

Richteren 10:3

En na hem stond op Jair, de Gileadiet; en hij richtte Israel twee en twintig jaren.

Richteren 12:7

Jeftha nu richtte Israel zes jaren; en Jeftha, de Gileadiet, stierf, en werd begraven in de steden van Gilead.

Richteren 12:8

En na hem richtte Israel Ebzan, van Bethlehem.

Richteren 12:11

En na hem richtte Israel Elon, de Zebuloniet, en hij richtte Israel tien jaren.

Richteren 12:13-14

En na hem richtte Israel Abdon, een zoon van Hillel, de Pirhathoniet. En hij had veertig zonen, en dertig zoons zonen, rijdende op zeventig ezelveulens; en hij richtte Israel acht jaren.

Richteren 15:20

En hij richtte Israel, in de dagen der Filistijnen, twintig jaren.

Richteren 16:31

Toen kwamen zijn broeders af, en het ganse huis zijns vaders, en namen hem op, en brachten hem opwaarts, en begroeven hem tussen Zora en tussen Esthaol, in het graf van zijn vader Manoach; hij nu had Israel gericht twintig jaren.

1 Samuël 7:6

En zij werden vergaderd te Mizpa, en zij schepten water, en goten het uit voor het aangezicht des HEEREN; en zij vastten te dien dage, en zeiden aldaar: Wij hebben tegen den HEERE gezondigd. Alzo richtte Samuel de kinderen Israels te Mizpa.

1 Samuël 8:2

De naam van zijn eerstgeborenen zoon nu was Joel, en de naam van zijn tweeden was Abia; zij waren richters te Ber-seba.

Never miss a post

Public domain