1 Koningen 10:28

En het uitbrengen der paarden was hetgeen Salomo uit Egypte had; en aangaande het linnen garen, de kooplieden des konings namen het linnen garen voor den prijs.

Deuteronomium 17:16

Maar hij zal voor zich de paarden niet vermenigvuldigen, en het volk niet doen wederkeren naar Egypte, om paarden te vermenigvuldigen; terwijl de HEERE ulieden gezegd heeft: Gij zult voortaan niet wederkeren door dezen weg.

2 Kronieken 9:28

En zij brachten voor Salomo paarden uit Egypte, en uit al die landen.

Genesis 41:42

En Farao nam zijn ring van zijn hand af, en deed hem aan Jozefs hand, en liet hem fijne linnen klederen aantrekken, en legde hem een gouden keten aan zijn hals;

2 Kronieken 1:16-17

En het uitbrengen der paarden was hetgeen Salomo uit Egypte had; en aangaande het linnengaren, de kooplieden des konings namen het linnengaren voor den prijs.

Spreuken 7:16

Ik heb mijn bedstede met tapijtsieraad toegemaakt, met uitgehouwen werken, met fijn linnen van Egypte;

Jesaja 19:9

En de werkers in het fijne vlas zullen beschaamd worden, ook de wevers van de witte stof.

Jesaja 31:1-3

Wee dengenen, die in Egypte om hulp aftrekken, en steunen op paarden, en vertrouwen op wagenen, omdat er vele zijn, en op ruiters, omdat die zeer machtig zijn; en zien niet op den Heilige Israels, en zoeken den HEERE niet.

Jesaja 36:9

Hoe zoudt gij dan het aangezicht van een enigen vorst, van de geringste knechten mijns heren, afkeren? Maar gij vertrouwt op Egypte, om de wagenen en om de ruiteren.

Ezechiël 27:7

Fijn linnen met stiksel uit Egypte was uw uitbreidsel, dat het u tot een zeil ware; hemelsblauw en purper, uit de eilanden van Elisa, was uw deksel.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain