1 Koningen 15:22

Toen liet de koning Asa door gans Juda uitroepen (niemand was vrij), dat zij de stenen van Rama, en het hout daarvan, zouden wegdragen, waarmede Baesa gebouwd had; en de koning Asa bouwde daarmede Geba-Benjamins, en Mizpa.

Jozua 21:17

En van den stam van Benjamin, Gibeon en haar voorsteden, Geba en haar voorsteden;

Jozua 18:24

Chefar-haammonai, en Ofni, en Gaba; twaalf steden en haar dorpen.

Jozua 18:26

En Mizpa, en Chefira, en Moza,

1 Samuël 7:5

Verder zeide Samuel: Vergadert het ganse Israel naar Mizpa, en ik zal den HEERE voor u bidden.

2 Kronieken 16:6

Toen nam de koning Asa gans Juda, en zij droegen weg de stenen van Rama, en het hout daarvan, waarmede Baesa gebouwd had; en hij bouwde daarmede Geba en Mizpa.

Jeremia 40:6

Alzo kwam Jeremia tot Gedalia, den zoon van Ahikam, te Mizpa; en hij woonde bij hem in het midden des volks, die in het land waren overgelaten.

Jeremia 40:10

En ziet, ik woon te Mizpa, om te staan voor het aangezicht der Chaldeen, die tot ons zullen komen; gijlieden dan verzamelt wijn, en zomervruchten, en olie, en doet ze in uw vaten, en woont in uw steden, die gij hebt ingenomen.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain