1 Kronieken 18:16

En Zadok, de zoon van Ahitub, en Abimelech, de zoon van Abjathar, waren priesters, en Sausa schrijver;

2 Samuël 8:17

En Zadok, zoon van Ahitub, en Achimelech, zoon van Abjathar, waren priesters; en Seraja was schrijver.

2 Samuël 20:25

En Seja was schrijver; en Zadok en Abjathar waren priesters.

1 Koningen 4:3

Elihoref, en Ahia, de zoon van Sisa, waren schrijvers; Josafat, de zoon van Ahilud, was kanselier.

1 Koningen 2:35

En de koning zette Benaja, den zoon van Jojada, in zijn plaats over het heir; en Zadok, den priester, zette de koning in de plaats van Abjathar.

1 Kronieken 24:6

En Semaja, de zoon van Nethaneel, de schrijver, uit de Levieten, schreef hen op, voor het aangezicht des konings, en van de vorsten, en van den priester Zadok, en van Achimelech, den zoon van Abjathar, en van de hoofden der vaderen onder de priesters en onder de Levieten; een vaderlijk huis werd genomen voor Eleazer, en desgelijks werd genomen voor Ithamar.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain