1 Kronieken 24:8

Het derde voor Harim, het vierde voor Seorim,

Ezra 2:39

De kinderen van Harim, duizend en zeventien.

Ezra 10:21

En van de kinderen van Harim: Maaseja, en Elia, en Semaja, en Jehiel, en Uzia,

Nehemia 7:35

De kinderen van Harim, driehonderd en twintig;

Nehemia 12:15

Van Harim, Adna; van Merajoth, Helkai;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain