1 Samuël 20:14

En zult gij niet, indien ik dan nog leve, ja, zult gij niet de weldadigheid des HEEREN aan mij doen, dat ik niet sterve?

2 Samuël 9:3

En de koning zeide: Is er nog iemand van het huis van Saul, dat ik Gods weldadigheid bij hem doe? Toen zeide Ziba tot den koning: Er is nog een zoon van Jonathan, die geslagen is aan beide voeten.

Efeziërs 5:1-2

Zijt dan navolgers Gods, als geliefde kinderen;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain