1 Samuël 20:38

Wederom riep Jonathan den jongen na: Haast u, spoed u, sta niet stil! De jongen van Jonathan nu raapte den pijl op, en hij kwam tot zijn heer.

Psalmen 55:6-9

Zodat ik zeg: Och, dat mij iemand vleugelen, als ener duive, gave! ik zou henenvliegen, waar ik blijven mocht.

Spreuken 6:4-5

Laat uw ogen geen slaap toe, noch uw oogleden sluimering.

Mattheüs 24:16-18

Dat alsdan, die in Judea zijn, vlieden op de bergen;

Markus 13:14-16

Wanneer gij dan zult zien den gruwel der verwoesting, waarvan door den profeet Daniel gesproken is, staande waar het niet behoort, (die het leest, die merke daarop!) alsdan, die in Judea zijn, dat zij vlieden op de bergen.

Lukas 17:31-32

In dienzelven dag, wie op het dak zal zijn, en zijn huisraad in huis, die kome niet af, om hetzelve weg te nemen; en wie op den akker zijn zal, die kere desgelijks niet naar hetgeen, dat achter is.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain