2 Koningen 17:12
En zij hadden de drekgoden gediend, waarvan de HEERE tot hen gezegd had: Gij zult deze zaak niet doen.
Exodus 20:3-5
Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.
Exodus 34:14
(Want gij zult u niet buigen voor een anderen god; want des HEEREN Naam is Ijveraar! een ijverig God is Hij!)
Leviticus 26:1
Gij zult ulieden geen afgoden maken; noch gesneden beeld, noch opgericht beeld zult gij u stellen, noch gebeelden steen in uw land zetten, om u daarvoor te buigen; want Ik ben de HEERE, uw God!
Deuteronomium 4:15-19
Wacht u dan wel voor uw zielen; want gij hebt geen gelijkenis gezien, ten dage als de HEERE op Horeb uit het midden des vuurs tot u sprak;
Deuteronomium 4:23-25
Wacht u, dat gij het verbond des HEEREN, uws Gods, hetwelk Hij met u gemaakt heeft, niet vergeet, dat gij u een gesneden beeld zoudt maken, de gelijkenis van iets, dat de HEERE, uw God, u verboden heeft.
Deuteronomium 5:7-9
Gij zult geen andere goden voor Mijn aangezicht hebben.
Deuteronomium 12:4
Gij zult den HEERE, uw God, alzo niet doen!
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd