2 Koningen 23:1
Toen zond de koning henen, en tot hem verzamelden al de oudsten van Juda en Jeruzalem.
Deuteronomium 31:28
Vergadert tot mij al de oudsten uwer stammen, en uw ambtlieden; dat ik voor hun oren deze woorden spreke, en tegen hen den hemel en de aarde tot getuigen neme.
2 Samuël 6:1
Daarna verzamelde David wederom alle uitgelezenen in Israel, dertig duizend.
2 Kronieken 29:20
Toen maakte zich de koning Jehizkia vroeg op, en verzamelde de oversten der stad, en hij ging op in het huis des HEEREN.
2 Kronieken 30:2
Want de koning had raad gehouden met zijn oversten en de ganse gemeente te Jeruzalem, om het pascha te houden, in de tweede maand.
2 Kronieken 34:29-33
Toen zond de koning henen, en verzamelde alle oudsten van Juda en Jeruzalem.
Treasury of Scripture Knowledge did not add