2 Kronieken 29:28

De ganse gemeente nu boog zich neder, als men het gezang zong, en met trompetten trompette; dit alles totdat het brandoffer voleind was.

Psalmen 68:24-26

O God! zij hebben Uw gangen gezien, de gangen mijns Gods, mijns Konings, in het heiligdom.

Psalmen 89:15

Welgelukzalig is het volk, hetwelk het geklank kent; o HEERE! zij zullen in het licht Uws aanschijns wandelen.

Openbaring 5:8-14

En als Het dat boek genomen had, vielen de vier dieren en de vier en twintig ouderlingen voor het Lam neder, hebbende elk citeren en gouden fiolen, zijnde vol reukwerks, welke zijn de gebeden der heiligen.

Treasury of Scripture Knowledge did not add