2 Timotheüs 4:15
Van welken wacht gij u ook, want hij heeft onze woorden zeer tegengestaan.
Mattheüs 10:16-17
Ziet, Ik zend u als schapen in het midden der wolven; zijt dan voorzichtig gelijk de slangen, en oprecht gelijk de duiven.
Filippenzen 3:2
Ziet op de honden, ziet op de kwade arbeiders, ziet op de versnijding.
2 Timotheüs 3:8
Gelijkerwijs nu Jannes en Jambres Mozes tegenstonden, alzo staan ook deze de waarheid tegen; mensen, verdorven zijnde van verstand, verwerpelijk aangaande het geloof.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd