Deuteronomium 16:1

Neemt waar de maand Abib, dat gij den HEERE, uw God, pascha houdt; want in de maand Abib heeft u de HEERE, uw God, uit Egypteland uitgevoerd, bij nacht.

Exodus 34:18

Het feest der ongezuurde broden zult gij houden; zeven dagen zult gij ongezuurde broden eten, gelijk Ik u geboden heb, ter gezetter tijd der maand Abib; want in de maand Abib zijt gij uit Egypte uitgegaan.

Exodus 13:4

Heden gaat gijlieden uit, in de maand Abib.

Exodus 12:2-20

Deze zelfde maand zal ulieden het hoofd der maanden zijn; zij zal u de eerste van de maanden des jaars zijn.

Numberi 28:16

En in de eerste maand, op den veertienden dag der maand, is het pascha den HEERE.

Exodus 12:29-42

En het geschiedde ter middernacht, dat de HEERE al de eerstgeborenen in Egypteland sloeg, van den eerstgeborene van Farao af, die op zijn troon zitten zou, tot op den eerstgeborene van de gevangene, die in het gevangenhuis was, en alle eerstgeborenen der beesten.

Exodus 23:15

Het feest van de ongezuurde broden zult gij houden; zeven dagen zult gij ongezuurde broden eten (gelijk Ik u geboden heb), ter bestemder tijd in de maand Abib, want in dezelve zijt gij uit Egypte getogen; doch men zal niet ledig voor Mijn aangezicht verschijnen.

Leviticus 23:5

In de eerste maand, op den veertienden der maand, tussen twee avonden is des HEEREN pascha.

Numberi 9:2-5

Dat de kinderen Israels het pascha houden zouden, op zijn gezetten tijd.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain