Deuteronomium 21:7
En zij zullen betuigen en zeggen: Onze handen hebben dit bloed niet vergoten, en onze ogen hebben het niet gezien;
Numberi 5:19-28
En de priester zal haar beedigen, en zal tot die vrouw zeggen: Indien iemand bij u gelegen heeft, en indien gij, onder uw man zijnde, niet afgeweken zijt tot onreinigheid, wees vrij van dit bitter water, hetwelk den vloek medebrengt!
2 Samuël 16:8
De HEERE heeft op u doen wederkomen al het bloed van Sauls huis, in wiens plaats gij geregeerd hebt; nu heeft de HEERE het koninkrijk gegeven in de hand van Absalom, uw zoon; zie nu, gij zijt in uw ongeluk, omdat gij een man des bloeds zijt.
Job 21:21-23
Want wat lust zou hij na zich aan zijn huis hebben, als het getal zijner maanden afgesneden is?
Job 21:31-34
Wie zal hem in het aangezicht zijn weg vertonen? Als hij wat doet, wie zal hem vergelden?
Psalmen 7:3-4
HEERE, mijn God, indien ik dat gedaan heb, indien er onrecht in mijn handen is;
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd