Deuteronomium 22:12

Snoeren zult gij u maken aan de vier hoeken uws opperkleeds, waarmede gij u bedekt.

Mattheüs 23:5

En al hun werken doen zij, om van de mensen gezien te worden; want zij maken hun gedenkcedels breed, en maken de zomen van hun klederen groot.

Numberi 15:37-41

En de HEERE sprak tot Mozes, zeggende:

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd