Deuteronomium 23:2

Geen bastaard zal in de vergadering des HEEREN komen; zelfs zijn tiende geslacht zal in de vergadering des HEEREN niet komen.

Zacharia 9:6

En de bastaard zal te Asdod wonen, en Ik zal den hoogmoed der Filistijnen uitroeien.

Jesaja 57:3

Doch nadert gijlieden hier toe, gij kinderen der guichelares! gij overspelig zaad, en gij, die hoererij bedrijft!

Johannes 8:41

Gij doet de werken uws vaders. Zij zeiden dan tot Hem: Wij zijn niet geboren uit hoererij; wij hebben een Vader, namelijk God.

Hebreeën 12:8

Maar indien gij zonder kastijding zijt, welke allen deelachtig zijn geworden, zo zijt gij dan bastaarden, en niet zonen.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain