Deuteronomium 5:18

En gij zult geen overspel doen.

Exodus 20:14

Gij zult niet echtbreken.

Lukas 18:20

Gij weet de geboden: Gij zult geen overspel doen; gij zult niet doden; gij zult niet stelen; gij zult geen valse getuigenis geven; eer uw vader en uw moeder.

Mattheüs 5:27-28

Gij hebt gehoord, dat van de ouden gezegd is: Gij zult geen overspel doen.

Leviticus 20:10

Een man ook, die met iemands huisvrouw overspel zal gedaan hebben, dewijl hij met zijns naasten vrouw overspel gedaan heeft, zal zekerlijk gedood worden, de overspeler en de overspeelster.

Spreuken 6:32-33

Maar die met een vrouw overspel doet, is verstandeloos; hij verderft zijn ziel, die dat doet;

Jakobus 2:10-11

Want wie de gehele wet zal houden, en in een zal struikelen, die is schuldig geworden aan alle.

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd

Public domain