Deuteronomium 7:14

Gezegend zult gij zijn boven alle volken; er zal onder u noch man noch vrouw onvruchtbaar zijn, ook niet onder uw beesten;

Psalmen 127:3

Ziet, de kinderen zijn een erfdeel des HEEREN; des buiks vrucht is een beloning.

Exodus 23:26-33

Er zal geen misdrachtige, noch onvruchtbare in uw land zijn; Ik zal het getal uwer dagen vervullen.

Leviticus 26:9

En Ik zal Mij tot u wenden, en zal u vruchtbaar maken, en u vermenigvuldigen; en Mijn verbond zal Ik met u bevestigen.

Deuteronomium 28:4

Gezegend zal zijn de vrucht uws buiks, en de vrucht uws lands, en de vrucht uwer beesten, de voortzetting uwer koeien, en de kudden van uw klein vee.

Deuteronomium 28:11

En de HEERE zal u doen overvloeien aan goed, in de vrucht uws buiks, en in de vrucht uwer beesten, en in de vrucht uws lands; op het land, dat de HEERE uw vaderen gezworen heeft u te zullen geven.

Deuteronomium 33:29

Welgelukzalig zijt gij, o Israel! wie is u gelijk? gij zijt een volk, verlost door den HEERE, het Schild uwer hulp, en Die een Zwaard is uwer hoogheid; daarom zullen zich uw vijanden geveinsdelijk aan u onderwerpen, en gij zult op hun hoogten treden!

Psalmen 115:15

Gijlieden zijt den HEERE gezegend, Die den hemel en de aarde gemaakt heeft.

Psalmen 147:19-20

Hij maakt Jakob Zijn woorden bekend, Israel Zijn inzettingen en Zijn rechten.

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain