4 Indien hem zijn heer een vrouw gegeven, en zij hem zonen of dochteren gebaard zal hebben, zo zal de vrouw en haar kinderen haars heren zijn, en hij zal met zijn lijf uitgaan.
4 If his master gives him a wife, and she bears him sons or daughters, the wife and her children shall belong to her master, and he shall go out alone.
6 Zo zal hem zijn heer tot de goden brengen, daarna zal hij hem aan de deur, of aan den post brengen; en zijn heer zal hem met een priem zijn oor doorboren, en hij zal hem eeuwiglijk dienen.
6 then his master shall bring him to God, then he shall bring him to the door or the doorpost. And his master shall pierce his ear with an awl; and he shall serve him permanently.
8 Indien zij kwalijk bevalt in de ogen haars heren, dat hij haar niet ondertrouwd heeft, zo zal hij haar doen lossen; aan een vreemd volk haar te verkopen zal hij niet vermogen, dewijl hij trouweloos met haar gehandeld heeft.
8 If she is displeasing in the eyes of her master who designated her for himself, then he shall let her be redeemed. He does not have authority to sell her to a foreign people because of his unfairness to her.
14 Maar indien iemand tegen zijn naaste moedwillig gehandeld heeft, om hem met list te doden, zo zult gij denzelven van voor Mijn altaar nemen, dat hij sterve.
14 If, however, a man acts presumptuously toward his neighbor, so as to kill him craftily, you are to take him even from My altar, that he may die.
19 Indien hij weder opstaat, en op straat gaat bij zijn stok, zo zal hij, die hem sloeg, onschuldig zijn; alleen zal hij geven hetgeen hij verzuimd heeft, en hij zal hem volkomen laten helen.
19 if he gets up and walks around outside on his staff, then he who struck him shall go unpunished; he shall only pay for his loss of time, and shall take care of him until he is completely healed.
22 Wanneer nu mannen kijven, en slaan een zwangere vrouw, dat haar de vrucht afgaat, doch geen dodelijk verderf zij, zo zal hij zekerlijk gestraft worden, gelijk als hem de man der vrouw oplegt, en hij zal het geven door de rechters.
22 “If men struggle with each other and strike a woman with child so that she gives birth prematurely, yet there is no injury, he shall surely be fined as the woman’s husband may demand of him, and he shall pay as the judges decide.
28 En wanneer een os een man of een vrouw stoot, dat hij sterft, zal de os zekerlijk gestenigd worden, en zijn vlees zal niet gegeten worden; maar de heer van den os zal onschuldig zijn.
28 “If an ox gores a man or a woman to death, the ox shall surely be stoned and its flesh shall not be eaten; but the owner of the ox shall go unpunished.
29 Maar indien de os te voren stotig geweest is, en zijn heer is daarvan overtuigd geweest, en hij hem niet bewaard heeft, en hij doodt een man of een vrouw, zo zal die os gestenigd worden, en zijn heer zal ook gedood worden.
29 If, however, an ox was previously in the habit of goring and its owner has been warned, yet he does not confine it and it kills a man or a woman, the ox shall be stoned and its owner also shall be put to death.
35 Wanneer nu iemands os den os van zijn naaste kwetst, dat hij sterft, zo zal men den levenden os verkopen, en het geld daarvan half en half delen, en den dode zal men ook half en half delen.
35 “If one man’s ox hurts another’s so that it dies, then they shall sell the live ox and divide its price equally; and also they shall divide the dead ox.
36 Of is het kennelijk geweest, dat die os van te voren stotig was, en zijn heer heeft hem niet bewaard, zo zal hij in alle manier os voor os vergelden; doch de dode zal zijns wezen.
36 Or if it is known that the ox was previously in the habit of goring, yet its owner has not confined it, he shall surely pay ox for ox, and the dead animal shall become his.