Exodus 40:29
En hij zette het altaar des brandoffers aan de deur des tabernakels, van de tent der samenkomst; en hij offerde daarop brandoffer, en spijsoffer, gelijk de HEERE aan Mozes geboden had.
Exodus 40:6
Gij zult ook het altaar des brandoffers zetten voor de deur van den tabernakel, van de tent der samenkomst.
Exodus 27:1-8
Gij zult ook een altaar maken van sittimhout; vijf ellen zal de lengte zijn, en vijf ellen de breedte (vierkant zal dit altaar zijn), en drie ellen zijn hoogte.
Exodus 29:38-46
Dit nu is het, wat gij op het altaar bereiden zult: twee lammeren, die eenjarig zijn, des daags, geduriglijk.
Exodus 38:1-7
Hij maakte ook het brandofferaltaar van sittimhout; vijf ellen was deszelfs lengte, en vijf ellen zijn breedte, vierkant, en drie ellen zijn hoogte.
Mattheüs 23:19
Gij dwazen en blinden, want wat is meerder, de gave, of het altaar, dat de gave heiligt?
Romeinen 3:24-26
En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is;
Hebreeën 9:12
Noch door het bloed der bokken en kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal ingegaan in het heiligdom, een eeuwige verlossing teweeggebracht hebbende.
Hebreeën 13:5-6
Uw wandel zij zonder geldgierigheid; en zijt vergenoegd met het tegenwoordige; want Hij heeft gezegd: Ik zal u niet begeven, en Ik zal u niet verlaten.
Hebreeën 13:10
Wij hebben een altaar, van hetwelk geen macht hebben te eten, die den tabernakel dienen.
Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd