Ezra 2:3

De kinderen van Paros, twee duizend honderd twee en zeventig.

Ezra 8:3

Van de kinderen van Sechanja, van de kinderen van Paros, Zacharja; en met hem werden bij geslachtsregisters gerekend, aan manspersonen, honderd en vijftig.

Ezra 10:25

En van Israel: van de kinderen van Paros: Ramja, en Jezia, en Malchia, en Mijamim, en Eleazar, en Malchia, en Benaja.

Nehemia 7:8

De kinderen van Parhos waren twee duizend, honderd twee en zeventig;

Treasury of Scripture Knowledge did not add

Public domain