Filippenzen 4:2

Ik vermaan Euodia, en ik vermaan Syntyche, dat zij eensgezind zijn in den Heere.

Filippenzen 2:2-3

Zo vervult mijn blijdschap, dat gij moogt eensgezind zijn, dezelfde liefde hebbende, van een gemoed en van een gevoelen zijnde.

Genesis 45:24

En hij zond zijn broeders heen; en zij vertrokken; en hij zeide tot hen: Verstoort u niet op den weg.

Psalmen 133:1-3

Een lied Hammaaloth, van David. Ziet, hoe goed en hoe liefelijk is het, dat broeders ook samenwonen.

Markus 9:50

Het zout is goed; maar indien het zout onzout wordt, waarmede zult gij dat smakelijk maken? Hebt zout in uzelven, en houdt vrede onder elkander.

Romeinen 12:16-18

Weest eensgezind onder elkander. Tracht niet naar de hoge dingen, maar voegt u tot de nederige. Zijt niet wijs bij uzelven.

1 Corinthiërs 1:10

Maar ik bid u, broeders, door den Naam van onzen Heere Jezus Christus, dat gij allen hetzelfde spreekt, en dat onder u geen scheuringen zijn, maar dat gij samengevoegd zijt in een zelfden zin, en in een zelfde gevoelen.

Efeziërs 4:1-8

Zo bid ik u dan, ik, de gevangene in den Heere, dat gij wandelt waardiglijk der roeping, met welke gij geroepen zijt;

Filippenzen 3:16

Doch, daar wij toe gekomen zijn, laat ons daarin naar denzelfden regel wandelen, laat ons hetzelfde gevoelen.

1 Thessalonicenzen 5:13

En acht hen zeer veel in liefde, om huns werks wil. Zijt vreedzaam onder elkander.

Hebreeën 12:14

Jaagt den vrede na met allen, en de heiligmaking, zonder welke niemand den Heere zien zal;

Jakobus 3:17-18

Maar de wijsheid, die van boven is, die is ten eerste zuiver, daarna vreedzaam, bescheiden, gezeggelijk, vol van barmhartigheid en van goede vruchten, niet partijdig oordelende, en ongeveinsd.

1 Petrus 3:8-11

En eindelijk, zijt allen eensgezind, medelijdend, de broeders liefhebbende, met innerlijke barmhartigheid bewogen, vriendelijk;

Schriftkennis schatkamer niet toegevoegd